Samenwerking veehouderij - akkerbouw
Het uitwisselen van grond creëert voor de akkerbouwer mogelijkheden in gewasrotatie en hij kan een uitgebreider bouwplan realiseren. Door tijdelijk grasland in de gewasrotatie op te nemen, verhoogt/verbetert het organisch stofgehalte in de bodem. Melkveehouders kunnen hun grondposities verbeteren en het teeltoppervlakte van krachtvoer vergroten. Er wordt minder krachtvoer van buiten de regio aangekocht waardoor er minder transport nodig is en de milieu-impact verlaagt.
Rundveemest zorgt voor een betere bodemkwaliteit en afname van kunstmestgebruik. Met de samenwerking stellen akkerbouwbedrijven hun toegang tot rundveemest zeker. Verder kent de akkerbouwer de samenstelling van de mest waardoor hij accurater kan bemesten en minder snel een mestanalyse nodig heeft. De melkveehouder is verzekerd van mestafzet. Door de regionale samenwerking vermindert het aantal mesttransporten.
De elementen waarop samenwerking mogelijk is (wat kun je ruilen of afnemen), zijn afhankelijk van de regio waarin bedrijven actief zijn. Melkveehouders en akkerbouwers in het veengebied hebben andere opties dan die in de Achterhoek. Bij vergaande samenwerking is het een optie om gezamenlijk te investeren in een mestverwerkingsinstallatie of machinesamenwerkingen bijvoorbeeld voor precisiebemesting.
Uitdagingen zijn er ook binnen de samenwerking melkveehouderij - akkerbouw. Denk aan:
- Wet- en regelgeving zoals het mestbeleid, het Activiteitenbesluit gewassen telen en kwaliteitssystemen.
- Doelstellingen rondom grondgebondenheid.
- Bedrijfshygiëne en het tegengaan van verspreiding van bodemziektes door rotatiegewassen zoals mais en gras.
- Duurzame verdienmodellen.
Het is belangrijk om binnen de samenwerking duidelijke afspraken te maken over onder meer de basis van het bouwplan, de gewasvolgorde in wisselbouwsystemen, het bemestingsmoment, met welke mest bemest wordt en de onkruidbestrijding. Maar ook een verdeling van kosten en baten moet aan de orde komen. Een gezamenlijk teelt- en bodemplan met aandacht voor organische stofbeheer, nutriëntenefficiëntie, bodemgezondheid, de inzet van gewasbeschermingsmiddelen en welke machines onder welke omstandigheden het land op komen, biedt handvaten.
Bron: Prolander op basis van de data uit de Basisregistratie Percelen in opdracht van het programma Duurzame Melkveehouderij in provincie Drenthe
Toelichting op de kaart
Op deze kaart is te zien in welke gebieden grondruil, al dan niet frequent, plaatsvindt. Er is diversiteit in de samenwerking. Het kan gaan om grondruil tussen akkerbouwer en veehouder, maar ook verregaande samenwerking tussen akkerbouw en veehouderij waarbij de ondernemers hun teelt- en voerplan op elkaar hebben afgestemd. Juist in deze regio’s liggen kansen om regionale kringlopen te sluiten en op slimme wijze verduurzaming van bedrijfsvoering van zowel akkerbouw als veehouderij verder te brengen.
De groene percelen in de afbeelding zijn percelen die in de periode 2009-2019 zijn geruild tussen akkerbouw- en veehouderijgewassen.
Lichtblauwe percelen zijn de afgelopen 10 jaar enkel in gebruik geweest voor veehouderij. De teelt van gras, mais en voederbieten zijn hierbij aangemerkt als gebruik voor de veehouderij. De andere gewassen, inclusief energiemais en suikermais, vallen onder de teelt voor akkerbouw. Op de oranje gekleurde percelen zijn alleen akkerbouwgewassen geteeld. Er zijn ook gemengde bedrijven gevestigd in deze gebieden.
Wilt u meer informatie over samenwerking tussen veehouder en akkerbouwer, neem dan contact op met Saskia Haarhuis-Veldman.