Een (on)mogelijke stal

Unieke inrichting door dwarsopstellingen bevordert welzijn. 

Het melkveebedrijf van familie Jagtenberg is waarschijnlijk uniek in Nederland. Rinie Jagtenberg bedacht een stalsysteem waarvan er maar weinig zijn, mogelijk is hij zelfs de enige. Met een gezonde dosis lef ging Rinie op zoek naar de meest praktische invulling van zijn nieuwe melkveestal. Hij week van de gebaande paden af om zo efficiënt mogelijk zoveel mogelijk boxen op het bebouwbare oppervlakte te krijgen. Samen met Ton van Esch, adviseur bouw rundvee van DLV Advies, kreeg dit plan vorm.

Rinie werkte enkele jaren met zijn vader samen en gezamenlijk bouwden ze het melkveebedrijf verder uit. “Tot zijn pa in 2002 naar Duitsland vertrok. Hier kocht hij een slecht draaiend melkveebedrijf wat hij in no-time weer op de rit kreeg”, vertelt Rinie trots. “Ineens moest ik het bedrijf thuis zelf runnen. Gelukkig draaide ik al wat jaren mee en kende ik het klappen van de zweep redelijk. De oude stal die mijn vader nog had gebouwd in 1972 werd op een gegeven moment te krap voor de koeien. De boxafmetingen waren niet toereikend en de looppaden te smal. Om voor te sorteren op de mogelijk nieuw te bouwen stal, werd er in 2010 een melkrobot geplaatst. Deze nam de hoogproductieve koeien voor zijn rekening. Op dat moment een compromis omdat we in 2009 het plan hadden onze locatie te verplaatsen naar een bouwblok verderop. De mogelijkheden waren daar met ruim 50 hectare huiskavel prachtig, maar de procedure duurde ons te lang. We gingen ons focussen op de mogelijkheden op onze oude locatie.”

Proef van (on)mogelijkheden

“Ik wist heel duidelijk wat ik wilde. Samen met Ton heb ik dat op papier gezet. Ton heeft hierbij mijn visie en keuzes volledig gerespecteerd, al weken ze nogal eens af van het gangbare”, lacht Rinie. Na lang schetsen en puzzelen konden we maar op één manier de gewenste hoeveelheid boxen van de juiste afmetingen kwijt, waarbij in onze ogen het welzijn van de koe met sprongen vooruit ging.” 
Het plan van Rinie was om zijn stal op te delen in vier kwarten. Drie kwarten voor drie groepen melkkoeien met elk hun eigen robot en één kwart voor de droge koeien. Ton legt uit: “Met deze indeling hebben de koeien een maximaal loopoppervlakte per groep, hebben ze een ruime ligbox én is er door de dwarsopstelling van de ligboxen ook een perfecte koerouting voor het gedwongen koeverkeer richting de melkrobot. Rinie wilde graag blijven melken in productiegroepen om zo meer overzicht te behouden in zijn stal. Hij kan nu bijvoorbeeld gecontroleerd het rantsoen per groep bepalen. Door de omvang van de groepen hoeft de robot ook nooit stil te staan, behalve als deze gereinigd moet worden. De benutting van de robot is in onze ogen op deze manier optimaal.”

Integraal Duurzame Stal

De nieuwe stal van de Sleeuwijkse melkveehouder is met behulp van IDS tot stand gekomen. Joan van de Heuvel, adviseur duurzame energie bij DLV Advies, hielp met de aanvragen daarvan. Rinie: “Joan heeft veel ervaring en werkt snel, daarnaast heeft hij veel kennis in huis. Ik weet zo geen partij die het beter had kunnen doen voor mij!” Met deze subsidie heeft Rinie onder andere emissiearme roosters, een automatisch klimaatsysteem, geïsoleerd dak, waterbedden, zonnepanelen en activiteitsmeters kunnen aanschaffen. Naast IDS, voldoet de stal  hiermee ook direct aan de Maatlat Duurzame Veehouderij, waarmee de investeringen onder de MIA en Vamil regeling vallen.  “Deze 2 trajecten hebben we parallel aan elkaar laten lopen. Ik heb hem ook volledig ontzorgt bij het aanvragen van alle regelingen rondom de asbest sanering van de oude stal en het aanschaffen van zonnepanelen”, vertelt Joan. “Vooraf hebben we een rendementsberekening voor zonnepanelen opgesteld en de omvang van het systeem bepaald in relatie tot de subsidieregelingen. Toen dit helder was heb ik de aankoop van de zonnepanelen begeleid en de aanverwante regelingen benut. Zo zorgde ik voor de aanvraag van de provinciale regeling asbest-zon voor bestaande gebouwen, fiscale aanmeldingen en aanvraag van de nationale asbestregeling. Momenteel loopt er nog een aanvraag van de stimuleringsregeling duurzame energie (SDE), voor een mogelijke uitbreiding van het zonnepanelensysteem.” 

Zelf innovatief

Veel innovaties in de stal zijn ook door Rinie zelf bedacht. “Zo wilde ik de ventilatoren niet aan kettingen hangen, maar heb ik speciale beugels ontworpen, zodat niet alles één groot spinnenweb wordt en het er veel netter uitziet. Het oog wil ook wat. Ook heb ik de robot zo’n 20 a 30 centimeter verder de stal in laten plaatsen dan gebruikelijk, deze staan nu verder op de roostervloer. Hierdoor is het makkelijker om de boel te reinigen en is er minder ophoping van mest. Een extra leiding voor het schoonspoelen van de RVS bak in de robotvloer heb ik aangesloten op de dump van het reinigingssysteem. Deze spoelt drie keer per dag, dat is wel zo hygiënisch.” 

Het is wel duidelijk dat deze ondernemer niet voor een gat te vangen is. Ton: “Hij is zich bewust van de technologische ontwikkelingen en de wereld om hem heen. Het is prettig samenwerken met iemand met zo’n duidelijke visie voor zijn onderneming en voor de sector.” 

Toekomstplannen

Nu zijn nieuwe stal sinds eind 2015 in gebruik is, is Rinie er niet bij gaan zitten. “Elke dag zijn er weer nieuwe uitdagingen die op mijn pad komen. Voorlopig ben ik nog wel even zoet met het verbouwen van de oude ligboxenstal naar een jongveestal. Ook ben ik aan het puzzelen met een weideplan voor mijn koeien. Ik hoop sinds 15 jaar dit jaar weer de eerste koeien naar buiten te kunnen doen.”, vertelt Rinie lachend. “Ik ben me bewust van het sterke maar fragiele imago van de sector en probeer waar mogelijk daarin mijn steentje bij te dragen. Financieel is het interessanter om de koeien binnen te houden, vooral in zo’n efficiënte stal, maar de traditie van de melkveehouderij in deze omgeving wil ik ook hooghouden. Dat is toch iets om trots op te zijn.”
En trots mag hij zijn op zijn nieuwe bedrijf. Met ruimte voor 240 melkkoeien en straks 160 stuks jongvee weet Rinie waar hij de komende jaren aan toe is. “Voorlopig gaat het prima met 120 melkkoeien en 90 stuks jongvee. Ik heb nu nog maar twee robots draaien, daar kan ik bij uitbreiding in de toekomst zo een derde bij laten plaatsen. Ik heb nu eerst de ambitie om met een gesloten kringloop op het bedrijf te kunnen werken, aangezien we ook een akkerbouwtak hebben. Als de ontwikkelingen in de sector gunstig zijn is ons bedrijf in ieder geval klaar voor de toekomst.”