Een veelzijdig bedrijf
Door nieuwe kansen werd een nieuwe koers uitgestippeld. De camping bleef en het jongvee kwam terug naar de boerderij.In 1991 verhuisde de familie Kamps naar Zweeloo, naar een nieuwgebouwde ruilverkavelingsboerderij. Johan Kamps vertelt over die periode: “Onze boerderij lag in het dorp, en nu verhuisden we naar een plek waar alleen heide was. Aan de straat was nog geen enkele andere boerderij gebouwd. Wij hadden ons werk op de boerderij, maar mijn moeder miste de mensen om zich heen. Ze dacht: ‘Als ik niet tussen de mensen zit, dan haal ik de mensen toch hierheen!' En zo ontstond het idee van de boerencamping, de camping bestond uit 10-15 staplaatsen. Daarnaast bestond het bedrijf uit 40 koeien en 20 hectare akkerbouw met onder andere suikerbieten en graan. Kortom, een erg veelzijdig bedrijf.
Camping krijgt nieuw elan
Johans vrouw, Matine kwam in 2005 op het bedrijf. Zij vertelt dat hun hart meer bij de koeien lag dan bij de akkerbouw: “We wilden stoppen met de akkerbouw en doorgroeien met de koeien.” Even leek het erop dat ook de camping zou verdwijnen: “Acht jaar geleden kwam de recessie. De mensen kregen minder te besteden en we dachten dat er geen toekomst zou zijn voor de camping.” Toen kwamen ze in contact met FarmCamps en bleken er toch goede perspectieven te zijn voor de camping. “Onze grote wens was om het jongvee terug te halen naar de boerderij. Dat hadden we al 10 jaar uitbesteed omdat we door de groei in koeien geen ruimte meer hadden voor jongvee”,vertelt Matine. Door de nieuwe kansen met FarmCamps werd een nieuwe koers uitgestippeld: in plaats van stoppen met de camping, inzetten op het zo goed mogelijk uitbuiten van de neventak om zo te kunnen bouwen en het jongvee terug te halen naar de boerderij.
Melkstal als publiekstrekker
Het plan was om een nieuwe melkveestal te bouwen en het jongvee te huisvesten in de oude ligboxenstal. Johan: “In 2013 waren we bijna rond met de bank voor de nieuwbouw met twee robots. Maar dat durfden we met de onzekerheid over onder andere productierechten en dergelijke niet meer aan. Dus daar zijn we niet mee doorgegaan.” Wel werd de melkstal verbouwd. Matine: “De melkstal was oud. Er was al eens een melkglas gesneuveld, er moest een frequentieregelaar komen en de melkstal was te klein.” De melkstal werd omgebouwd van een 2x6 naar een 2x8 zonder een muur te slopen. Kostentechnisch slim, en het melken gaat veel sneller, maar toch zijn er niet alleen voordelen. Johan: ”De oude melkstal was voor de campinggasten fantastisch, met de melkglazen. En de put is nu wel smal geworden, dat zou ik niet weer zo doen.”
Bouwen vol uitdagingen
De financiering voor een melkveestal bleef lastig. De bank gaf wel een lening voor een jongveestal. Ze namen Mark de Jong, projectleider Bouw bij DLV Advies, in de arm om het proces verder te brengen. En Mark houdt wel van een uitdaging: “Voor het budget dat er was voor een jongveestal zei ik: ‘Daar gaan we een melkveestal voor bouwen’.” En er was nog een uitdaging. DLV Advies regelde de vergunningen voor de stal, deze werden in december 2016 afgegeven. En Matine wilde de bouw af hebben voor het campingseizoen, dus voor mei 2017. “Geen kranen en vrachtauto’s op het bedrijf als er gasten zijn.”
Plannen krijgen vorm
Johan had een paar duidelijke wensen voor de nieuwe stal: “Voor elke koe een lig- en een vreetplaats was voor mij heel belangrijk. Ook wilde ik veel licht in de stal hebben.” Daarom is er gekozen voor een 0+4+0-stal. De zijkanten van de stal zijn volledig open. Om kosten te besparen zijn alle ‘dure ruimtes’, zoals afkalfhok en separatieruimte, in de oude stal gemaakt. De koeien lopen van de nieuwe stal naar de oude stal om gemolken te worden. De onderkelderde wachtruimte is grotendeels buiten en niet overkapt. Het via buiten naar de andere melkstal lopen gaat prima. Matine: “De koeien in de weide doen is bij ons niets bijzonders. Dat is geen ‘koeiendans’, want dat kennen ze al. En op deze manier is de wachtruimte vlak achter de melkstal, zonder extra kosten.” Het looppad moet wel regelmatig schoongemaakt worden.
Bouwen binnen budget
Mark werkte volgens het bouwen binnen budget principe. Er werd een aanbesteding gedaan. Voor het bouwen van dezelfde stal rekende de duurste aannemer ruim 10% meer dan de goedkoopste aannemer. “Wij weten niet precies de prijzen. Dat was een voordeel van Mark. Hij kan dan aangeven dat iets goedkoper moet kunnen terwijl wij dat niet hadden geweten en anders gewoon de prijs hadden betaald”, aldus Johan. “Alle offertes en getekende opdrachtbevestigingen met de prijzen hadden we rond vóór we startten met de bouw,” vult Mark de Jong aan.
Matine en Johan kijken positief terug op de bouw. “Het was een mooi proces. En uiteindelijk is het nog best rap gegaan. In december 2016 kwam de vergunning rond en 8 januari waren we al aan het graven. En in april 2017 zaten de koeien erin. We hadden dat niet zonder Mark gekund. Ik moet er niet aan denken om het allemaal zelf te regelen. Het is ook wel makkelijk. Als je een meningsverschil hebt met bijvoorbeeld de aannemer, dan zet je Mark erop. Mark heeft het kunstje ook vaker gedaan, dus hij weet ook precies hoe je in moet steken. Wij hebben dat nog nooit gedaan.” En de uitdaging, die is geslaagd: “De bouw van de nieuwe stal is binnen het budget gebouwd, de verbouw van de oude stal is iets boven budget uitgekomen.” Zo kwam de droom van het jongvee bij huis eindelijk uit. En daar zijn ze blij mee: “Niemand anders kan het beter dan jezelf. Je hebt toch betere resultaten als je het zelf doet.”