Zelf mest exporteren kan, maar is nu nog (te) duur
In een overspannen mestmarkt kan het interessant zijn om als boer zelf over de grens mest af te zetten. Maar hoe kansrijk is mestexport op kleine schaal?...
Lees verderDroge zomers, een probleem waar iedereen tegenaan loopt. Zeker op plekken waar zoet(grond)water schaarser wordt en op plekken waar zoetwater niet vanzelfsprekend is. Binnen het driejarig project ‘Naar een toekomstbestendige landbouw in Zeeland’ werken onder andere Delphy en DLV Advies met boeren aan een samenwerkingsmodel tussen akkerbouwers en veehouders van natuurinclusieve landbouw. Tijdens de zesde bijeenkomst in januari j.l. werd de nadruk gelegd op peilgestuurde drainage en watervoorziening. Want hoe ga je om met ruilen van grond als de watervoorziening niet hetzelfde is?
Gastheren op deze bijeenkomst waren veehouder Vos en akkerbouwer Uitdewilligen in Biervliet. Zij verkeren in de unieke situatie dat hun bedrijven in dezelfde polder liggen, de kavels aan elkaar grenzen en ze al intensief aan landruil doen.
Op verschillende locaties in de provincie worden nieuwe systemen en methodes in de praktijk gebracht en vervolgens getoetst. Het accent ligt in dit project met name op strokenteelt in diverse breedtes. Onder begeleiding van adviseur Hans Moggré (Delphy), stond deze bijeenkomst in het teken van het belang van kwalitatief en voldoende (zoet) water. Delphy-teeltadviseur Pierre Cammaert deelde zijn kennis over peilgestuurde drainage en watervoorziening in de praktijk. Hierin is hij met name ingegaan op de manier van aanleg van een systeem en waar je vooral rekening mee dient te houden. “Je moet allereerst goed kijken naar de ligging van de percelen”, start Pierre zijn presentatie. “Wanneer er veel hoogteverschil binnen het perceel zit, is het moeilijk om voor het gehele perceel de ideale grondwaterstand en drooglegging te creëren. Echter kan dit deels opgevangen worden door verschillende peilvakken aan te leggen.”
Doordat er in de polder voornamelijk zand in de ondergrond ligt, wordt het water in de peilvak vastgehouden. Gevolg is dat het water kan wegzijgen naar een ander peilvak met een lager peil. “Je zou er dan voor kunnen kiezen om ondergrond te verplaatsen van het hogere deel naar de lagere delen”, vervolgt de teeltadviseur. “Op die manier beperk je de hoogteverschillen van het perceel. Het kilveren van de bovengrond zou voor te veel verschraling zorgen, aangezien de bouwvoor soms maar 30 cm is.”
Goede infiltratie en watervasthoudend vermogen verhogen volgens Pierre de kansen op opbrengst bij droogte. Als telers dus kiezen voor een hoger peil, bijvoorbeeld met regelbare drainage, is het essentieel de afwatering ook goed op orde te hebben. “Infiltratie van water in de peilgestuurde drainage vanuit de bron kost te veel water. Zeker als een groot deel van de huiskavel gedaan moet worden. Het ophouden van het peil in het voorjaar is dan een goede optie,” aldus de Delphy-adviseur. Het effect is maar beperkt, maar daar staat tegenover dat het niet veel aanpassing vraagt.
Binnen het project ‘Op weg naar een toekomstbestendige landbouw in Zeeland’ bezoeken Arnoud Bink, Adviseur Mest & Mineralen bij DLV Advies en Hans Moggré, Adviseur Akkerbouw Delphy, samen Zeeuwse melkveehouders en akkerbouwers om hen voor te bereiden op de voorgenomen samenwerking. Het gaat om een driejarig project met financiële ondersteuning van de provincie Zeeland en het Europees landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling (ELFPO): Europa investeert in zijn platteland.
Wilt u meer weten over samenwerking akkerbouw-veehouderij, neem dan contact op met Arnoud Bink of bekijk het dossier samenwerking veehouderij-akkerbouw.
In een overspannen mestmarkt kan het interessant zijn om als boer zelf over de grens mest af te zetten. Maar hoe kansrijk is mestexport op kleine schaal?...
Lees verderHeeft u nog geen definitieve vaststellingsaanvraag ingediend voor het GLB? U heeft nog tot 2 december 2024 de tijd om dit te doen. Vanaf 2025 verandert...
Lees verder