Zelf mest exporteren kan, maar is nu nog (te) duur
In een overspannen mestmarkt kan het interessant zijn om als boer zelf over de grens mest af te zetten. Maar hoe kansrijk is mestexport op kleine schaal?...
Lees verderBemesten naar opbrengst is nog steeds de basis voor een goede bemestingsstrategie. Tijdens de RuwvoerRondes van Boerderij werd duidelijk dat voor de bemesting er altijd een plan moet zijn, gericht op perceel en gebruik. Dat is essentieel om efficiënt te bemesten. Het optimaliseren van de bemesting, zowel dierlijk als kunstmest, is ook een belangrijke stap in het verbeteren van de benutting van je mineralen op het bedrijf.
Ga je een perceel weiden of maaien? En van welke gewasopbrengst ga je uit? Hoeveel snedes wil je oogsten? Ook de perceeleigenschappen en de grondsoort spelen een belangrijke rol in je bemestingsstrategie. Wat is het stikstofleverend vermogen? Is het natte, koude grond of juist grond die snel op gang komt?
De strenge gebruiksnormen maken het vaak niet mogelijk om landbouwkundig optimaal te bemesten. Het evenredig korten over alle snedes is vaak het beste advies, maar houdt ook hier rekening met de eigenschappen van het perceel. Ap van der Bas: “Perceelspecifiek bemesten krijgt steeds meer aandacht. Kijk naar je grond voor je aan de slag gaat. Je gaat voor een goede ruwvoeropbrengst. Met een goede ruwvoeropbrengst kunnen je koeien zorgen dat het gras melk wordt, dan betaalt de ruwvoeropbrengst zich uit.”
In de praktijk zie je dat er met twee keer weiden zonder bijmesten behoorlijk wat stikstof is onttrokken. Er moet iets bij om de percelen goed door te laten groeien naar een maaisnede met voldoende eiwit. De dierlijke mest werkt nog wel wat na, maar onvoldoende voor een maaisnede.
Na maaien is het goed om direct te starten met kleinere giften. Bij voorkeur geen dierlijke mest gebruiken in verband met de smakelijkheid van het gras. Het daaropvolgende etgroen wil je namelijk graag door de weidende koe laten benutten. Houdt hierbij ook rekening met lichtere weidesnedes om groeitrappen in het etgroen te brengen.
Onderstaande tabellen geven weer dat het verschil tussen weiden en licht weiden al snel 20 kilogram zuivere stikstof scheelt. Als daar geen onderscheid in gemaakt wordt, zie je dat snel terug in hogere ruwe eiwitgehalten.
Bij maaien mag er juist voor de tweede snede nog een behoorlijke gift bij.
Opbrengstklasse | Kg/ds/ha | Snede 1 | Snede 2 | Mei/juni | Juli | Aug | Sept |
Jaargift 246 | |||||||
Zeer licht beweiden | 1000- | 50 | 10 | 9 | 6 | 5 | 5 |
Licht beweiden | <1500 | 64 | 15 | 23 | 17 | 15 | 13 |
Weiden | <2000 | 77 | 35 | 35 | 27 | 23 | 19 |
Licht maaien | <2500 | 86 | 52 | 46 | 34 | 27 | 23 |
Maaien | <3000 | 93 | 67 | 56 | 38 | ||
Zwaar maaien | 3000+ | 98 | 81 | 63 | 42 |
Tabel 1: Stikstofgift op niet-droogte gevoelige gronden (kg N/ha)
Uit dit voorbeeld, waarin is gekozen voor een hogere weideopbrengst, blijkt hoe belangrijk het is om de drijfmest en kunstmest goed over het seizoen te verdelen en rekening te houden met de verschillende factoren, zoals verwachte opbrengst met bijbehorend N advies. Houdt ook rekening met de werkzame N uit drijfmest en de nawerking hiervan. Pas de N-gift uit kunstmest hierop aan.
1e snede | 2e snede | 3e snede | 4e snede | |
Gebruik | W 1700 kg ds | W 1500 kg ds | M 3000 kg ds | W 1500 kg ds |
Drijfmestgift | 20 ton | - | 20 ton | - |
N Advies (tabel 1) | 64 | 35 | 56 | 27 |
Werkzame N uit drijfmest | 24 | - | 24 | - |
Nawerking drijfmest voorgaande sneden | - | 7 | 4 | 10 |
N gift kunstmest | 40 | 28 | 28 | 17 |
KAS | 148 | 104 | 103 | 63 |
Tabel 2: Voorbeeldberekening benodigde kunstmest
Het algemene advies is om niet een gift over te slaan of vroeg in het seizoen te stoppen, maar te kiezen voor kleinere giften en wat langer door te gaan. Dit geldt zeker bij beweiden, waar de opbrengst per snede lager is en waarbij de smakelijkheid, het roestvrij houden van het gras, extra belangrijk is. Ap van der Bas: “Het maaiseizoen loopt langer. Soms kun je wel 6 tot 7 sneden van het land halen als je vroeg begint en lang doorgaat.”
Het optimaliseren van de bemesting draagt bij aan een goede ruwvoeropbrengst. Naast bemesten is het ook goed om een graslandcheck te doen en om de mogelijkheden te bekijken van het toepassen van gras-klaver om het stikstofaanbod te verruimen.
In een overspannen mestmarkt kan het interessant zijn om als boer zelf over de grens mest af te zetten. Maar hoe kansrijk is mestexport op kleine schaal?...
Lees verderHeeft u nog geen definitieve vaststellingsaanvraag ingediend voor het GLB? U heeft nog tot 2 december 2024 de tijd om dit te doen. Vanaf 2025 verandert...
Lees verder
De nieuwsbrief van DLV Advies wordt een keer per maand verstuurd met de meest interessante en actuele ontwikkelingen in de agrarische sector. Incidenteel kunt u nieuws en informatie ontvangen in een extra nieuwsbrief. Uw persoonsgegevens worden conform onze privacyverklaring verwerkt.