Resultaten rustgewas met ultravroege maïs
Tijdens een veldexperiment in het groeiseizoen 2024 in het kader van het project ‘Tegearre Ûnderfine’ werd de teelt van ultravroege maïs...
Lees verderMet het oog op komende derogatieverzoeken kan lokale mestverwerking interessant zijn voor melkveehouders. Wat zijn de voordelen?
Mest staat aan de basis van de voedselvoorziening. Door schaalvergroting in de landbouw is de productie van dierlijke mest in de vorige eeuw enorm gegroeid. Door de toediening van mest en het gebruik van kunstmest is de productie van voedergewassen en akkerbouwgewassen ontzettend toegenomen. Inzicht in bodemwerking, natuurbeheer en watervoorziening hebben in de landbouw geleid tot een andere benadering van mest: niet meer bemesten, maar exacter.
"Drijfmest bevat globaal twee fracties stikstof. Een minerale fractie die relatief snel voor de gewassen beschikbaar komt, en een organisch gebonden stikstoffractie. Als drijfmest in het voorjaar emissiearm wordt uitgereden, komt de minerale stikstof vlot beschikbaar voor de plant", zegt Sytze Waltje, projectaccountmanager bij DLV Advies.
De organisch gebonden stikstof komt daarentegen langzaam beschikbaar, afhankelijk van onder andere organische stof, vocht, zuurstof in en de zuurgraad van de bodem. Waltje: "Vaak komt organisch gebonden stikstof grotendeels buiten het groei- en oogstseizoen beschikbaar. Bij de huidige klimaatomstandigheden leidt dit tot een mineralisatie tot diep in het najaar. En in een warme herfst zal nog veel stikstof nawerken. In grasland voor veevoeding leidt de najaarsmineralisatie vanuit drijfmest, zeker met het oog op de weersomstandigheden van 2018 en 2019 tot hoge ruweiwit- en kaliumgehaltes. En dat vergroot het risico op hoge melkureumwaarden en kopziekte."
Door de mest op de productielocatie in delen op te splitsen, kun je deze ontleden in fracties en opslaan. "De fracties zijn zodanig in te zetten, dat er meer stikstof uit drijfmest benut wordt met minder ammoniakuitstoot. Ze kunnen dienen als vervanging van kunstmest", legt Waltje uit.
Door regionaal meer (kunst)mest uit drijfmest te produceren, kunnen we binnen de keten de emissies verminderen. Door de inzet van bepaalde remmers kunnen we bovendien de stikstof meer reguleren in omzettingen vanuit ureum en ammonium naar de uiteindelijke hoofdbenuttingsvorm nitraat. "Gewassen gevoed met een mix aan ureum, ammonium en nitraat, produceren het meest optimaal. Als we de meststof dan ook nog eens nauwkeurig via GPS en/of in rijentoepassingen doseren, zorgen we voor een hogere efficiëntie van de elementen uit drijfmest. Mestbewerking, vervanging van kunstmest door drijfmestfracties en exacte bemesting zorgen voor een lagere ammoniakuitstoot door de landbouw en aan haar toeleverende industrie."
Met het oog op de derogatiebesprekingen die er weer aankomen, zal het voor veehouders interessant worden om te kijken naar de mogelijkheden die lokale mestverwerking biedt. Als oplossing voor onder andere het stikstofprobleem op de middellange termijn lijkt mestbewerking kansrijk, is de inschatting van DLV Advies.
Dit artikel is ingekort overgenomen vanuit vakblad Veehouderij Techniek van november 2019.
Tijdens een veldexperiment in het groeiseizoen 2024 in het kader van het project ‘Tegearre Ûnderfine’ werd de teelt van ultravroege maïs...
Lees verderOp proefboerderij Rusthoeve in Colijnsplaat (Zeeland) wordt al lang onderzoek gedaan naar gewasdiversiteit en de effecten daarvan. Een van die onderzoeken...
Lees verder
De nieuwsbrief van DLV Advies wordt een keer per maand verstuurd met de meest interessante en actuele ontwikkelingen in de agrarische sector. Incidenteel kunt u nieuws en informatie ontvangen in een extra nieuwsbrief. Uw persoonsgegevens worden conform onze privacyverklaring verwerkt.