Melkureumproductie
Een mogelijke optie die kan bijdragen ter realisatie van een gemiddelde melkureumproductie van 19 milligram per 100 gram melk, zoals gesteld in de NEC-richtlijn, is het fokken op ureum. De mogelijkheid om te fokken op ureum heeft zich gedurende de jaren sterk ontwikkeld. Zo is het vanaf 2001 mogelijk om het ureumgehalte via de monsternames te laten meten. Hierdoor kregen de melkveehouders een indicatie van het melkureum op koe-niveau. Mede hierdoor kan er van zowel koe als stier een fokwaarde worden bepaald aan de hand van productiegegevens.
Laag ureum invloed op melkproductie
In het project is een data-analyse uitgevoerd om te bekijken of een laag ureum ook van invloed is op de melkproductie. In deze analyse hebben 515 koeien meegedaan verspreid over 17 Gelderse melkveebedrijven. Om de melkproductie, vetproductie en eiwitproductie in verhouding te brengen is gebruik gemaakt van het economisch jaarresultaat. Tussen de 515 koeien was een aanzienlijke spreiding waarneembaar in het economisch jaarresultaat dit lag namelijk tussen de € 2867 en de € 1056. De spreiding in het melkureum lag tussen de 34 en 14 milligram ureum per 100 gram melk.
In de proefopstelling komt naar voren dat er nauwelijks een verband waarneembaar is tussen het melkureum en het economisch jaarresultaat. Wel daalt de trendlijn voor het economisch jaarresultaat enigszins wanneer het melkureum stijgt. Maar om hier een betrouwbare conclusie aan te verbinden, zal de groepsgrote vergroot moeten worden. In deze hoedanigheid komt de situatie wel overeen met de literatuur, aangezien het melkureum niet tot nauwelijks invloed heeft op de melkproductie en gehalten.
Kansen gericht fokken op ureum
Aangezien het gericht fokken op ureum een relatief makkelijke manier is om een bijdrage te leveren aan de ammoniakreductie die gerealiseerd moet worden voor 2030, is het van belang om de mogelijke optie in overweging te nemen. Dit mede door het feit dat de fokkerij meerdere jaren in beslag neemt.
Dit project is mede gerealiseerd door een bijdrage uit het Europees landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling in het kader van POP3 en provincie Gelderland.