Niet-agrarische vraag naar stikstof groeit

Er komt steeds meer vraag naar stikstof vanuit niet-agrarische bedrijven. Extern salderen was een tijdje niet mogelijk, maar sinds 2020 hebben de meeste provincies er nieuwe voorwaarden voor opgesteld. De aanvragen nemen nu gestaag toe, ervaart adviseur Ruimtelijke Ordening en Milieu Jeroen van Boxmeer van DLV Advies.

De Raad van State zette in 2019 een streep zette door de PAS-regeling. Sindsdien zien ook niet-agrarische bedrijven zich geconfronteerd met handhaving op het gebied van stikstof. Om problemen te voorkomen, kijken zij meer en meer hoe zij aan de stikstofregels kunnen voldoen, legt Jeroen uit. “Elk bedrijf dat stikstof uitstoot – ook een transportbedrijf bijvoorbeeld, of een bedrijf met een stookinstallatie – moet aan de regels voldoen. Als zo’n bedrijf bijvoorbeeld een nieuwe vergunning wil aanvragen, loop het al tegen dat stikstofaspect aan. De stikstof-vraagkant wordt steeds meer niet-agrarisch.” En daarbij koopt de overheid ook stikstof op in diverse opkoopregelingen, waarmee ze een extra concurrent is op de stikstofmarkt. Met de presentatie van de stikstofaanpak door minister Van der Wal blijkt dat de overheid hier in de nabije toekomst zelfs meer op in gaat zetten.

Stikstofruimte onderzoeken

DLV Advies adviseert ook niet-agrarische bedrijven rondom het stikstofdossier. “De eerste stap die we dan doen, is onderzoeken welke stikstofruimte zo’n bedrijf dan heeft op basis van in het verleden verleende vergunningen. Daarvoor moeten we soms wel 20, 30 jaar terug in de tijd”, vertelt Jeroen. Veelal zijn dergelijke bedrijven in de loop der jaren gegroeid; bijvoorbeeld door een naastgelegen bedrijf over te nemen. Ook de milieuvergunningen en eventuele stikstofruimte van het overgenomen bedrijf worden meegenomen. Dat vergt zeer gedegen dossieronderzoek. “De meeste niet-agrarische bedrijven hebben namelijk nog geen stikstofvergunning. Als we dan het basisniveau van de stikstofruimte in beeld hebben, weten we ook of ze nog stikstof bij moeten kopen. Dan kunnen wij voor hen gaan zoeken.”

Straal van 25 kilometer

De stikstof moet wel uit de buurt komen; binnen een straal van 25 kilometer rondom het bedrijf. Daarbij is het prettig dat DLV Advies weet welke agrarisch ondernemers er in de buurt zitten, en of zij eventueel al plannen hebben om te stoppen. “Bedrijven zonder opvolger bijvoorbeeld, die het bedrijf binnen afzienbare termijn willen afbouwen. De verkoop van stikstof kan dan een mooie financiële prikkel opleveren om eerder te kunnen stoppen.” Er zijn vanuit de overheid diverse subsidieregelingen voor het beëindigen van veehouderijbedrijven.  Maar niet alle agrarisch ondernemers die zich daarvoor aanmelden, voldoen aan de voorwaarden. “Voor degenen die buiten zo’n regeling vallen, kan de verkoop van stikstof dan een goed alternatief zijn”, aldus de adviseur.

Juridische zekerheid

In sommige gevallen wil de kopende partij juist bij voorkeur stikstof van een agrarisch bedrijf overnemen dat nog niet gaat stoppen. Zij zoeken meer juridische zekerheid, en willen daarnaast niet te boek staan als ‘het bedrijf dat veehouderijen opkoopt’. Dan kan er een constructie worden bedacht waarbij de veehouder zijn bedrijf verduurzaamt. De boer investeert in het emissie-arm maken van de stal, en ontvangt daar een vergoeding voor, in ruil voor de stikstof die ermee wordt bespaard. “Dat is wel een interessante optie, omdat er nog heel veel bedrijven zijn die moeten verduurzamen”, zegt Jeroen. “Melkveebedrijven die bijvoorbeeld zijn uitontwikkeld op hun locatie, die niet verder willen groeien, kunnen zo een mooie stap zetten. Met de verkoop van stikstof kunnen zij hun bedrijf dan toch verduurzamen.” De stikstof die dan wordt gekocht is geen latente ruimte, waardoor deze stikstof ook in de kabinetsplannen past.

Verkopende partijen

Ook aan de verkopende kant moet Jeroen zich buigen over de vergunningen. Welke stikstofruimte is er; welke eisen stelt de provincie, en hoe zit het met wel vergunde maar nooit gerealiseerde stikstof? Want die latente stikstofruimte mag niet worden ingezet voor externe saldering. Als de exacte hoeveelheid verkoopbare stikstof in beeld is, en de hoeveelheid is voldoende voor de kopende partij, dan kunnen de partijen met elkaar in onderhandeling. “Soms heb je meerdere verkopende partijen nodig om voldoende stikstof bij elkaar te krijgen; dat maakt de puzzel nog wat lastiger.” Jeroen ervaart dat de kopende partij het vaak wel prettig vindt als DLV optreedt als bemiddelaar namens hen. “Dat werkt vaak heel goed, omdat boeren ons als partij al kennen. Dat schept vertrouwen. En dan kan de koop doorgaans snel worden gesloten.”

Meer informatie

Heeft u vragen naar aanleiding van dit artikel of wilt u advies over dit onderwerp, neem dan vrijblijvend contact op met Jeroen van Boxmeer. Hij helpt graag om de antwoorden op uw vragen helder te krijgen.

Intrekking ongebruikte stikstofruimte: een paniekmaatregel zonder duurzame impact

De recente beslissing van de provincie Noord-Brabant om ongebruikte stikstofruimte van veehouderijen en grote industriële bedrijven in te trekken,...

Lees verder

Veranderingen in het Besluit activiteiten leefomgeving (Bal) voor dieselolietanks

In het (nieuwe) Besluit activiteiten leefomgeving (Bal) staan allerlei regels die betrekking hebben op de dieseltank op het akkerbouwbedrijf. "Welke...

Lees verder