ISDE 2025: subsidie windmolens meer dan verdubbeld
Op 1 januari 2025 wijzigt de Investeringssubsidie duurzame energie en energiebesparing (ISDE). Één van de wijzigingen betreft de subsidie...
Lees verderBij besparen op energiekosten wordt al snel gedacht aan het overstappen op een andere energieleverancier. Vaak is er nog meer te besparen door het energieverbruik omlaag te brengen. Met een aantal simpele aanpassingen is er vaak veel energie, en dus veel geld, te besparen.
Inzicht in het energieverbruik levert vaak verrassende resultaten op. Ton van Esch, werkzaam bij DLV Advies, voert veel energiescans uit bij melkveehouders. “We checken eerst op basis van het energieverbruik en de omvang van het bedrijf of hij een hoog, gemiddeld of laag energieverbruik heeft ten opzichte van vergelijkbare bedrijven. Daarna zoomen we in op waar eventuele afwijkingen van de norm door veroorzaakt worden.” Zijn ervaring is dat veel ondernemers niet inzichtelijk hebben wat hun energieverbruik is. “Vaak hebben bedrijven maar 1 meter. Dan zie je dus niet welk deel van het verbruik privé is en welk deel bedrijfsmatig. Ons advies is dan ook om tussenmeters te plaatsen bij de stal. Dan krijg je een beter beeld hoeveel energie er daadwerkelijk bedrijfsmatig verbruikt wordt.”
Vooral bij de melktechniek is vaak veel energie te besparen. Dit kan onder andere door het plaatsen van een frequentieregelaar op de vacuümpomp. Als een deel van de melkstellen niet onder hangt hoeft hiervoor ook geen lucht rondgepompt te worden. De hoeveelheid benodigde lucht wordt getraceerd met een sensor. De frequentieregelaar brengt het toerental van de vacuümpomp naar de gewenste hoogte. De overcapaciteit kan hierdoor tot 60% teruggebracht worden wat een besparing op het stroomverbruik van circa 40% op kan leveren. Hoeveel geld dit bespaart is per situatie verschillend. Van Esch: “Bij een grote melkstal is de investering uiteraard sneller terugverdiend. Per situatie moet bekeken worden wat de terugverdientijd is. Overweeg je het aanschaffen van een frequentieregelaar, overleg dan wel met de dealer of de vacuümpomp daarvoor geschikt is. Bij de oudere types is dit soms niet het geval. Bij nieuwe melkstallen en melkrobots zit er meestal al standaard een frequentieregelaar bij.”
Bij de melktechniek is tevens energie te besparen door het plaatsen van een voorkoeler. Daarmee is het mogelijk om met water van 11 graden de melk van 30 graden terug te koelen tot 12-15 graden. Zo gaat de melk al voorgekoeld de tank in en daarmee bespaar je veel energie. Om deze resultaten te behalen is het wel van belang dat de voorkoeler goed gedimensioneerd is en past bij de water- en melkstroom. “Als de voorkoeler te klein is, is de tijd dat de melk langs het water stroomt te kort. Daardoor wordt de melk minder goed gekoeld en wordt niet de maximale energiebesparing gehaald. Om toch extra koeling te realiseren kan er een bypass aangelegd worden zodat het contact tussen melk en water langer wordt”, licht Van Esch toe.
Standaard is het mogelijk om met een voorkoeler de melk te koelen tot 2 tot 4 graden boven de watertemperatuur. Dus als het water bijvoorbeeld 16 graden is, dan wordt de melk gekoeld tot 18 tot 20 graden. Het water is dan 19 á 20 graden wanneer het uit de voorkoeler komt. Dit water kan goed gebruikt worden als drinkwater voor de koeien en hoeft dus niet verspild te worden. Er moet wel rekening gehouden worden met voldoende opslag voor het water want voor het koelen van 1 liter melk is 2 liter water nodig.
Ook warmteterugwinning geeft veel mogelijkheden voor energiebesparing. Het koelaggregaat wordt aangesloten op een warmteterugwinninginstallatie. Met behulp van een warmtewisselaar wordt het water opgewarmd naar 50 graden. Dit warme water gaat van een voorraadvat naar een boiler of geiser toe. Die hoeft het vervolgens alleen nog maar verder op te warmen naar 80 graden.
Het combineren van warmteterugwinning met voorkoeling is niet in alle gevallen geschikt. Van Esch: “Het kost 2 Kilowatuur per 1000 kg melk extra koelkosten. En als je 1000 kg melk hebt, levert dit 500 liter warm water. Er moet wel een bestemming zijn voor deze 500 liter. Dit kan bijvoorbeeld het verwarmen van het huis zijn.”
Naast melktechniek is verlichting ook een post waar vaak veel op te besparen is. In veel melkveestallen hangen nog de traditionele TL-buizen. LED-verlichting zorgt echter voor een reducering van het energieverbruik van 50%. De meerkosten hiervan zijn beperkt aldus Van Esch. “Er zijn ombouwsets voor bestaande armaturen, maar je kan ook nieuwe armaturen plaatsen. Het is dus ook mogelijk om beetje bij beetje de TL-buizen te vervangen door LED-verlichting. Dit is een vrij beperkte investering.”
Grote energiebesparingen zijn dus mogelijk door te investeren in energiebesparende middelen zoals een voorkoeler of frequentieregelaar, maar ook door het aanpassen van werkwijzen op het bedrijf. Van Esch: “Voor elk bedrijf en elke ondernemer moet gekeken worden wat het beste past op het bedrijf en waar de grootste winst te behalen valt.”
Dit artikel is geplaatst in de VeehouderijTechniek 03-2017.
Op 1 januari 2025 wijzigt de Investeringssubsidie duurzame energie en energiebesparing (ISDE). Één van de wijzigingen betreft de subsidie...
Lees verderDe energiebesparingsplicht is een belangrijke maatregel binnen de Wet milieubeheer, die gericht is op bedrijven, instellingen en organisaties die meer...
Lees verder