Een emissiearme stalvloer, mestvergister en stikstofstripper vergen wel een stevige investering. Toch zouden volgens Harm Wientjes, projectaccountmanager bij DLV Advies, vele melkveehouders ertoe over kunnen gaan. Hij heeft al meerdere praktijksituaties doorgerekend die positief uitkomen met de kunstmestvervanger uit de stikstofstripper. “Dat kost de overheid veel minder geld dan bedrijven opkopen en het levert meer stikstofreductie op. De doelstelling van 2 miljard kuub groen gas wordt ook haalbaar en het levert een hogere bijdrage aan de economie.”
Voordelen op diverse terreinen
De ammoniakuitstoot kan met minimaal 55% (rundvee) tot 90% (varkens) worden teruggebracht. En de methaanemissie met 65% (kalveren) of 90% (rundvee en varkens). Tegelijkertijd produceert de veehouderij groen gas en een kunstmestvervanger voor een circulaire landbouw. Al jarenlang is de sector bezig met onderzoek naar het verminderen van de uitstoot van zowel ammoniak als methaan en andere broeikasgassen. Met techniek kan veel worden bereikt, zowel op rundvee-, varkens- en kalverbedrijven, blijkt uit het project. En het is te borgen.
Eerste stap: dagontmesting
“De eerste stap is het beperken van de emissies in de stal, het direct scheiden van vaste mest en urine in de stal of dag- of liever nog uurontmesting”, aldus Harm. Ammoniak ontstaat pas als het enzym urease uit de vaste mest in contact komt met urine. Door direct te scheiden, krijgt het enzym minder kans. Zonder scheiding moet de mest snel naar een vergister worden gebracht om ammoniakvervluchtiging te voorkomen en zoveel mogelijk methaan op te vangen.
Tweede stap: mestvergisting
In de mestvergister halen bacteriën onder optimale omstandigheden methaan uit de mest. Dat proces gebeurt anders ook in een mestkelder of mestopslag, alleen gaat het langzaam en verdwijnt het methaan in de lucht waar het een sterk broeikasgas is. In de gasdichte mestvergister wordt het methaan wel opgevangen. Er ontstaat een mengsel van 60 tot 65% methaan en CO2.
Derde stap: stikstofstrippen
Na de vergistingsstap blijft vergiste mest ofwel digestaat over. Hierin zit dan nog steeds veel stikstof als ammoniak. Een veelgebruikte methode om ammoniak uit de mest halen, is een stikstofstripper. Met behulp van warmte en zuur bindt de stikstofstripper de ammoniak tot ammoniumsulfaat. Tot nu toe gebeurt dit met een dunne fractie. Het digestaat moet daarom eerst worden gescheiden in een dunne en dikke fractie. Door de inzet van de ammoniakstripper ontstaat een dunne fractie met daarin nog nauwelijks ammoniak en ook het methaan is eruit. Die kan dan gewoon terug in de kelder onder de stal zonder dat er risico is op ontploffingen. In de dunne fractie zitten nog wel kalium, spoorelementen en organische stikstof. En samen met de kunstmestvervanger is dit volgens Harm goed inzetbaar voor een gerichte bemesting.
Erkenning
Met de stikstofstripper maakt de veehouder dus een kunstmestvervanger vanuit de mest. Belangrijk is wel dat dit product erkend wordt om over te kunnen gaan naar circulaire landbouw. Juist nu de derogatie verdwijnt, is dit van groot belang, omdat er dan veel minder kunstmest aangekocht hoeft te worden.
Beste resultaat hele keten
Van alle onderzochte technieken komt zowel bij melkvee, kalveren als varkens steeds de drietrapsraket van dagontmesting, vergisting en ammoniakstrippen als beste uit de bus voor de verlaging van zowel ammoniak- als methaanuitstoot in de gehele keten. En omdat ammoniak en methaan beschikbaar komen als kunstmestvervanger en groen gas is de reductie ook hard te maken. De berekeningen tonen aan dat op melkveebedrijven een reductie haalbaar is van 55% en 82% minder methaan uit mest. Op een varkensbedrijf is een totale ammoniakreductie haalbaar van 91% en 90% methaan. Momenteel loopt er een project met uurontmesting, waarvan de verwachting is dat de hiervoor genoemde reducties nog verder omhoog kunnen.
Realtime sensoren
Met het gebruik van verse mest is er minder emissie van methaan en ammoniak en maak je juist meer biogas en kunstmestvervanger, stelt Harm. Door de roosters dicht te leggen en de mest direct naar de vergister te brengen, kan het ook toegepast worden in bestaande stallen. “Met realtime sensoren meten we nu het effect van vaker ontmesten en het sproeien van roosters. Met die sensoren kunnen we uit de impasse van erkenning komen.”
Meer informatie
Heeft u vragen naar aanleiding van dit artikel of wilt u weten of dit voor u interessant is? Neem dan vrijblijvend contact op met Harm Wientjes of een van onze adviseurs. Zij helpen graag om de antwoorden op uw vragen helder te krijgen. U kunt ook onderstaand formulier invullen, zodat wij vrijblijvend contact met u opnemen.
Dit artikel is in aangepaste vorm overgenomen van Nieuweoogst.nl