Nieuwsarchief
Arbeidsefficiëntie door slimme technieken én werksfeer
Al jaren heeft de varkenshouderij te maken met een moeilijke personeelsvoorziening. De huidige gekte op de arbeidsmarkt doet daar nu een schepje bovenop. Varkenshouders kunnen op meerdere fronten werken aan dit arbeidsprobleem. Zo kunnen ze soms arbeid besparen of een aantrekkelijke werkgever zijn. Mogelijk gaan nieuwe technieken ook een handje helpen.
Op de meeste bedrijven is er gelukkig weinig aan de hand en kunnen ondernemers terugvallen op een stabiele, vaak loyale groep medewerkers. Maar er zijn zeker ook bedrijven waar het knelt. Met name bij die laatste categorie bedrijven beïnvloedt het inmiddels de bedrijfsontwikkeling. Ondernemers zijn zich lang niet altijd bewust van de kwetsbaarheid, tot het moment dat een belangrijke medewerker stopt.
Kennis en kunde onvervangbaar
In het algemeen zijn personeelsleden te verdelen in bedrijfsleiders, mensen met deelverantwoordelijkheden en personeel met voornamelijk uitvoerend werk. Vooral de tussencategorie met ‘de combinatie van kennis en kunde’ wordt gezien als onvervangbaar. In tegenstelling tot bijvoorbeeld spuitwerk dat is uit te besteden of te automatiseren en arbeid om biggen te behandelen dat in is te kopen. Hoe de balans van vraag en aanbod zich ontwikkelt de komende jaren, is onzeker. Minder bedrijven en varkens betekent in theorie een kleinere arbeidsvraag, maar de blijvers zullen juist meer een beroep doen op vreemde arbeid.
Lat ligt steeds hoger
Een ander aspect zijn de veranderende eisen aan personeel. Nieuwe ontwikkelingen als vrijloopkraamhokken, lange staarten en verdere reductie van antibiotica, leggen de lat steeds hoger voor de mensen die in de stal werken. Zowel kwantitatief als kwalitatief blijft arbeid de komende jaren waarschijnlijk dus actueel.
Goed werkgeverschap
Personeelsbehoud begint met goed werkgeverschap, ervaart Gerben Schrijver, adviseur Mest & Mineralen bij DLV Advies. Hij ziet in de praktijk wisselende situaties met wel een paar overeenkomstige grove lijnen. “Over het algemeen kunnen grotere bedrijven met meer mensen de arbeid professioneler organiseren.” “Ook hebben ze mogelijkheden medewerkers te laten doorgroeien naar meer verantwoordelijke functies. De ondernemer zelf is een belangrijke factor; sommigen hebben de gave om gemakkelijk en natuurlijk met personeel om te gaan, voor anderen is dat lastiger. Maar met een open houding en opleiding kan iedereen zichzelf verbeteren”, is de overtuiging van Gerben.
Personeel moet zich gewaardeerd voelen
Inhoudelijk is een balans tussen mens- en taakgerichtheid belangrijk. De ene mens heeft namelijk meer coaching nodig, terwijl de andere veel meer ondersteund of gestuurd moet worden. Ook is het belangrijk dat personeel zich gewaardeerd en betrokken voelt. Dat kan bijvoorbeeld door ze te betrekken bij het overleg met de dierenarts en de bedrijfsvoorlichter. Opleidingen voor personeel verbeteren niet alleen de kwaliteit van het werk, maar ook de binding met het bedrijf.
Volgens Gerben kunnen hele basale aspecten verschil maken. “Mensen willen een fijne en schone werkomgeving.” De kantine moet bijvoorbeeld prettig en opgeruimd zijn en ook in de stal moet de werkomgeving goed zijn. “En ze willen met collega’s over het weekend kunnen praten.” Een team met veel mensen die elkaars taal niet machtig zijn, is dan geen voordeel.
Efficiënter inrichten van arbeid
Een andere mogelijkheid is het efficiënter inrichten van de arbeid. Vanuit een ouder (WUR-)onderzoek is bekend dat er grote verschillen bestaan in arbeidsbesteding per zeug of vleesvarken. Veel keuzes van de bedrijfsopzet hebben invloed op de hoeveelheid arbeid. Zo valt er in de processen vaak veel winst te behalen. Een veel gebruikte methode in het bedrijfsleven is werken volgens de Lean-methode. Door continue verspilling uit de processen te halen, wordt het proces ‘slank’.
Helemaal volgens Lean werken gebeurt in de varkenshouderij nog niet veel. Er zijn wel een aantal aspecten die goed bruikbaar zijn. Denk aan vaste plekken voor alle bedrijfsmaterialen, onderscheid maken tussen wat noodzakelijk en overbodig is en strakke arbeidsprotocollen.
Slimme sensoren en camera’s
Techniek en automatisering hebben de afgelopen decennia al fors bijgedragen aan het verminderen en verlichten van arbeid. Nu staat de sector aan de vooravond van een nieuwe toepassing, namelijk slimme sensoren en camera’s in de stal. Dit gaat ons helpen bij het arbeidsvraagstuk. De sensoren werken 24 uur per dag, zeven dagen per week. Dat maakt het mogelijk om de controle van bijvoorbeeld vleesvarkens anders in te richten.
Op beperkte schaal wordt al met deze technieken gewerkt. Zo is er ervaring met het continu meten van het stalklimaat en de voer- en wateropname. Een hoestmonitor wordt kleinschalig toegepast. Monitoren van het gedrag van de varkens met camera’s staat nog in de kinderschoenen. Volgende stappen zijn combinaties maken van data en voorspellende algoritmen ontwikkelen.
Data verzamelen
Het is moeilijk in te schatten hoe groot de toegevoegde waarde voor het arbeidsvraagstuk precies gaat worden, geeft Projectaccountmanager Harm van der Zanden aan. Hij is via Connecting Agri & Food, dochteronderneming van DLV Advies betrokken bij onder andere Slimme Stal. Volgens hem worden sensoren nu niet gebruikt ter vervanging van arbeid maar om data te verzamelen om te monitoren en sneller en betere beslissingen te nemen. “Dat kan het personeel natuurlijk wel ondersteunen.” Of over tien jaar systemen praktijkrijp zijn die een stuk arbeid in de vorm van controle wegnemen, durft Harm niet te voorspellen. “De ontwikkeling gaat zeker door en toepassingen zullen de arbeidsfilm gemakkelijker maken.” Als varkenshouders en medewerkers via sensor- en cameratechniek sneller inspelen op afwijkingen kan dat zeker bijdragen aan een gezondere, beter te managen varkensstapel.
Dit artikel is in aangepaste vorm overgenomen van boerderij.nl