Bedrijfsderogatie belemmert kringlooplandbouw

Publicatiedatum: 22-07-2019

“Niet langer zoveel mogelijk zo goedkoop produceren, maar produceren met zo min mogelijk verlies aan grondstoffen en een zorgvuldig beheer van bodem, water en natuur. Dat is de kern van kringlooplandbouw, waar we met elkaar aan werken", stelt Schouten. Naar aanleiding hiervan bracht Wageningen University & Research een notitie uit, een zogenoemde quickscan over belemmeringen in de mestwetgeving die de omslag naar kringlooplandbouw afremmen.
DLV Advies werkte mee aan deze quickscan.

De huidige mestwetgeving belemmert bouwplanoptimalisatie, ofwel het werken aan een optimaal grondgebruik, met name door de derogatie-eis van 80%, is te lezen in de quickscan. Paul Blokker, projectleider Koolstofkringlopen Zuid-Holland, is sterk voorstander van gewasderogatie in plaats van bedrijfsderogatie. Naar zijn mening verbetert het de samenwerking tussen sectoren.
Huidige samenwerkingsverbanden worden, zoals beschreven in de visie van de minister, helaas niet gestimuleerd. 

Gewasderogatie

“In het Zuiden van Zuid-Holland, specifiek de Hoekse Waard en Goerree Overflakkee, vind je vooral akkerbouwers. Melkveehouders in dit gebied zien af van derogatie omdat ze geld kunnen verdienen met het verhuren van grond aan akkerbouwers. Het gevolg van de verhuur is dat ze niet meer aan de 80% grasland-eis voldoen. Bedrijven met 80% grasland komen in aanmerking voor derogatie, ze mogen meer stikstof uit dierlijke mest per hectare gebruiken dan de generieke norm van 170 kg stikstof.

Bij gewasderogatie wordt per gewas een stikstofnorm uit dierlijke mest vastgesteld. Nu is de norm met derogatie 230-250 kg stikstof uit dierlijke mest voor grasland en 170 kg stikstof voor bouwland. "Gewasderogatie kan bijdragen aan de samenwerking tussen akkerbouwers en veehouders en zo kringlooplandbouw stimuleren. Neem bijvoorbeeld de 65% eiwit van eigen land. In mijn opinie gaat het er vooral om, dat de koe het eiwit benut", stelt Blokker. "Misschien is die benutting wel beter als de koe een energiegewas zoals mais, tarwe of voederbieten gevoerd krijgt. In de samenwerking tussen akkerbouwers en veehouders draait het vaak om gewassen met een hoog gewassaldo voor de akkerbouwer, of om rustgewassen waarmee de veehouder voer krijgt. In de samenwerking kan de plaatsingsruimte van de akkerbouwer benut worden door de melkveehouder."

Vlinderbloemige gewassen in graslandregel

"Moeten we wel vasthouden aan de 80% grasland? Het bevordert de samenwerking tussen veehouderij en akkerbouw niet. Door grondruil bevorder je de regionale kringloop. Als veehouder en akkerbouwer een gezamenlijk bouwplan maken, dan hoeft de kringloop niet meer geënt te zijn op het eigen bedrijf. Niet het bedrijf zou leidend moeten zijn, maar het gewas. Ik stel dan ook maar gelijk voor om vlinderbloemige gewassen zoals veldbonen, soja en luzerne op te nemen in de graslandregel. Deze vallen dan binnen de 80% en zijn geen bouwland. Bijvoorbeeld 60% grasland, 20% vlinderbloemig en 20% bouwland.”

Koolstofkringlopen Zuid-Holland

In het project Koolstofkringlopen Zuid-Holland gaat het om samenbrengen en uitwisselen van kennis en ervaring, waarmee Zuid-Hollandse boeren de organische stofbalans in de bodem verbeteren. Zoals een van de deelnemers aan het project het concreet omschreef gaat het om “de wormen weer terug in de bodem brengen”. Aan het project nemen melkveehouders en gemengde bedrijven deel. Edith Finke, adviseur Rundvee, begeleidt de groep.

“In de zomer gaan we per deelnemer de Kringloopwijzer bespreken, inzicht geven in welke factoren belangrijk zijn en een prognose voor dit jaar opstellen. Dan zie je ook de mogelijkheden voor samenwerking tussen veehouders en akkerbouwers en welke ontwikkelingsruimte je bedrijf heeft. In een akkerbouwgebied heb je een ruime keuze in middelen en maatregelen om je bodem te verbeteren: soort gewas, indeling bouwplan, type groenbemester, soort dierlijke bemesting, wijze van grondbewerking, soort vanggewas, etc. Voor de veehouder geldt dat blijvend grasland nog steeds de beste manier is om koolstof in de bodem te krijgen, maar je andere mogelijkheden tot sturen zijn beperkt.”

      

Monomestvergisting kansrijk, maar dringend behoefte aan meer beleidsruimte
BoerenPerspectief ondersteunt boeren die blijven boeren
Rechter bepaalt: intern salderen afgelopen 5 jaar alsnog vergunningplichtig
Stoppen met couperen van varkensstaarten: Samen naar een toekomstbestendige varkenshouderij
Landelijke basis voor provinciale opkoopregelingen
Gelderland volgt Noord-Brabant met intrekken latente stikstofruimte
Van co-vergister naar groengasinstallatie: Ervaringen van familie Ubbels
Vergisting: ‘binnen enkele jaren los met de eerste clusters’
Plannen voor privéstal uitgegroeid tot luxe trainingsaccommodatie