Blog: bedrijfsspecifiek

Publicatiedatum: 19-02-2019

De eerste snede gras is afgelopen jaar redelijk binnengekomen. In de regio’s waar de droogte toesloeg werd al snel duidelijk dat de tweede snede niet de gewenste opbrengst ging halen. Niemand had echter verwacht dat, na die tweede snede, de volgende snede eigenlijk al de najaarskuil werd.

Uit de eerste KringloopWijzers komen getallen waarmee de effecten van het droge jaar 2018 duidelijk worden. Er zijn grote verschillen per regio. Waar normaliter middels de bedrijfsspecifieke excretie aangetoond werd dat de koeien een lagere excretie hadden dan de bijhorende forfaitaire normen, zie je nu dat vooral de stikstofexcretie niet meevalt.

Door de droogte kon er duidelijk onvoldoende vers gras benut worden. Koeien liepen weliswaar buiten, maar hadden al een bijna volledig winterrantsoen aan het voerhek genuttigd. Op zichzelf hoeft dit voor de stikstof efficiëntie van de koe niet nadelig te zijn, ook een winterrantsoen kan prima geoptimaliseerd worden. Echter blijkt uit de KringloopWijzer dat de aangegeven weidegang en de bijbehorende grasopname aanzienlijk overschat wordt ten opzichte van wat er daadwerkelijk aan vers gras door de koe is gegaan. En juist deze overschatting maakt dat er aanzienlijk meer eiwit “op papier” is gevoerd dan in werkelijkheid en dat betekent dus een “slechtere” benutting op papier.

Opvallend blijft dat ondanks een tegenvallend resultaat voor stikstof, het resultaat voor fosfaat er wel degelijk was. Wel iets minder dan in voorgaande jaren, maar nog steeds een duidelijk voordeel op de normatieve forfaits. Gevoelsmatig, maar ook steeds vaker onderbouwd vanuit de KringloopWijzer, blijkt dat de forfaitaire normen duidelijk een overschatting zijn van de daadwerkelijke fosfaatexcretie.

Veel kuilgras

De droogte van afgelopen jaar heeft ook nog een groot effect in het komende jaar. Afgelopen jaar is er veel kuilgras uit de “oude” voorraad gevoerd. Doordat er in verhouding weinig nieuwe voorraad is gemaakt, is de beschikbare hoeveelheid kuilgras op veel bedrijven aan de krappe kant. Dus in 2019 zal de iets betere melkprijs grotendeels opgaan naar de aankoop van extra “eiwit”.

Als het gaat om het daadwerkelijk in beeld brengen van fosfaat- en stikstofproductie en de fosfaat- en stikstofbemesting vanuit de dierlijke mest op bedrijfsniveau, dan kan een bijzonder jaar, als vorig jaar, een behoorlijk vertekend beeld geven. Op “papier” is er minder efficiënt geboerd qua fosfaat en stikstof dan in de praktijk. Er is een bestendige lijn nodig om “harde” uitspraken te kunnen doen over de behaalde resultaten. Beoordelen en dus ook afrekenen op resultaten per jaar wordt lastig als een niet te voorziene gebeurtenis werkelijkheid wordt.

Ik zie hiervoor wel mogelijkheden. Het is kiezen tussen een forfaitair systeem met daarin normen die dichter bij de waarheid liggen dan de huidige, waarbij het individueel onderscheid tussen ondernemers en dus het verschil in vakmanschap uitgeschakeld is. Of je kiest voor een dynamisch systeem, het bedrijfsspecifieke, waarbij je beoordeelt over een langere periode. Een consistente lijn over meerdere jaren in de resultaten en bedrijfsvoering zegt meer dan een bepaald resultaat in een specifiek jaar.
Ik ben ervan overtuigd dat we in beide gevallen dichter bij de waarheid komen van de daadwerkelijke excretie.

Deze blog van Herrold Lammertink verscheen in vakblad Boerderij. 

Zelf mest exporteren kan, maar is nu nog (te) duur
ISDE 2025: subsidie windmolens meer dan verdubbeld
Intrekking ongebruikte stikstofruimte: een paniekmaatregel zonder duurzame impact
Grip op marktschommelingen door voerwinstprognoses melkveehouderij
Energiebesparingsplicht: wees voorbereid op controles omgevingsdienst
Deadline definitieve aanvraag GLB 2 december
Veranderingen in het Besluit activiteiten leefomgeving (Bal) voor dieselolietanks
Subsidie Productieve investeringen voor bedrijfsmodernisering in Flevoland, Overijssel en Zeeland opent per 6 november 2024
Onafhankelijke begeleiding onmisbaar bij aanschaf accu