Denk bij stalontwerp goed na over daglicht in varkensstal

Publicatiedatum: 18-02-2022

In veel stallen komt daglicht bij de varkens. Dat kan op verschillende manieren waarbij de lichtstraat veruit het meest is toegepast. Daglicht vroegtijdig meenemen in het stalontwerp kan bijdragen aan de beste lichtverdeling zonder eventuele nadelen.

De tijd dat varkens in het donker moeten leven is al lang voorbij. De wetgeving eist minimaal 8 uur licht per dag waarbij ook steeds meer daglicht wordt ingezet. Wettelijk verplicht is het niet, maar door concepten en de Maatlat Duurzame Veehouderij heeft het de afgelopen decennia wel een vlucht genomen.

Transparanter voor de buitenwereld

Werken met daglicht in varkenstallen heeft meer voor- dan nadelen. Het wordt algemeen beschouwd als een welzijnsverbetering, geeft een besparing op de energierekening, is voor de varkenshouder prettiger om in te werken en kan de stal transparanter maken voor de buitenwereld. Nadelen zitten vooral op het gebied van directe zoninstraling, een slechte verdeling in diepe afdelingen of koudebruggen in de winter die het ventilatiepatroon verstoren. Deze nadelen zitten voor een groot deel vast op bouwkundige keuzes en zijn te voorkomen door vroegtijdig daglicht mee te nemen in het ontwerp. Er is weinig wetenschappelijk kennis over het effect van licht op varkens, behalve dat ze er altijd op reageren. Dat is ook zo in de natuur geregeld; daar rusten varkens onder een bladerdak in de schaduw, wat ook veiligheid biedt. Activiteit vindt meestal plaats op open, lichte plekken. Die voorkeur is er ook in een stal: ligruimten mogen schemerachtiger zijn en ruimten voor activiteiten lichter. Daar is lig- en mestgedrag mee te sturen.

Niet wettelijk, wel vaak toegepast

Wet- en regelgeving stellen eisen aan gebruik van licht bij varkens. Alleen voor concepten is daglicht verplicht.

  • De Wet Dieren (besluit houders van dieren) eist een lichtintensiteit van minimaal 40 lux; verticaal op dierhoogte gemeten gedurende 8 uur per dag. Zowel kunstlicht als daglicht zijn toegestaan.

  • In de IKB’s geldt dezelfde norm en is daglicht niet verplicht. Vanaf 1 januari 2024 moet kunstverlichting met een tijdschakelaar worden geregeld en 8 uur aaneengesloten branden, ter ondersteuning van het dag- en nachtritme.

  • Beter Leven (BL) 1 ster eist een duidelijk dag- en nachtritme van 8 uur aaneengesloten donker en minimaal 8 uur licht. Dat mag met dag- of kunstlicht. Bij nieuwbouw en voor alle stallen vanaf 2025 is daglicht verplicht als percentage van de vloeroppervlakte. Via de zijwand is dat 2%, via het dak 1% en via daglichtkokers 0,5%.

  • De maatlat duurzame veehouderij (MDV) beloont daglicht voor de aspecten welzijn en energie. Daarbij telt niet alleen de oppervlakte en plaats (dak of gevel), maar ook de lichtdoorlatendheid van het materiaal. Licht via het dak wordt beter beloond omdat de verspreiding egaler is. De hoogste waardering krijgen om die reden daglichtkokers.


Lichtstraat meestgebruikt

Daglicht bij nieuwe stallen is inmiddels de standaard. Dat ziet ook Theo Mulders, projectleider bouw bij DLV Advies. “Wel of geen deelname aan een concept, varkenshouders kiezen er toch voor.” Ze zien de voordelen voor hunzelf en willen niet voor verrassingen komen te staan als het ooit verplicht wordt of als ze in de toekomst voor een concept kiezen.

Veruit het meestgebruikte systeem om licht binnen te halen is de lichtstraat in de zijgevel. Daarmee is in niet te grote afdelingen aan de Beter Leven-norm te voldoen. Met losse ramen is dat ondoenlijk. Opvallend is dat zo’n lichtstraat nu vaker wat lager in de muur zit dan tien jaar geleden. “Mensen in de stal willen toch graag naar buiten kunnen kijken.” Een nadeel is dat een lagere lichtstraat meer directe instraling geeft. Daarvoor zijn wel oplossingen, zoals ander materiaal glas. Een bredere dakoverstek kan ook, maar is duur en vangt wind. Bij grote groepen is het probleem kleiner omdat varkens dan niet in de zon hoeven te liggen.

Indirecte lichtinval

Theo adviseert in de lichtstraat een raam te plaatsen dat open kan. Het is verder altijd opletten hoe de lichtstraat in de gevel is geplaatst om koudebruggen te voorkomen. Dat zit ook vast op de afwerking aan de binnenkant. Bij renovatie of stallen met specifieke kenmerken worden ook andere oplossingen gezocht. Licht kan dan – naast ramen in de gevel – bijvoorbeeld via lichtdoorlatende dakplaten, lichtkoepels of daglichtkokers (solatubes) binnenkomen. Ook zijn combinaties te maken met indirect licht via lichtinval in de centrale gang. Dakplaten kunnen ook in combinatie met lichtdoorlatende platen in het verlaagd plafond. In dat geval hoeven ze niet direct onder elkaar te zitten. Theo: “Het is soms wat puzzelen maar we komen er altijd wel uit.”

Qua kosten zijn een lichtstraat en ramen met € 140 tot € 190 per vierkante meter ongeveer even duur, blijkt uit KWIN. Een lichtplaat in het dak is het goedkoopst (€ 40 tot € 75) en een lichtkoker met € 800 tot € 1.150 per vierkante meter het duurst. Daarbij wel de opmerking dat een lichtkoker een factor 4 meer licht geeft dan via de gevel en er dus minder van nodig zijn. Ook zullen commerciële prijzen en kosten voor plaatsing en afwerking per situatie verschillen.

Nieuw onderzoek over invloed licht

Er is nog weinig bekend over het effect van de hoeveelheid, herkomst en typen licht op de gezondheid en productiviteit van varkens.

Dat geldt voor zowel natuurlijk licht als kunstlicht. Dit in tegenstelling tot pluimvee waar wel relaties tussen productie, de hoeveelheid licht en het lichtspectrum zijn aangetoond. De inmiddels tot standaard verheven 40 lux op dierhoogte die de varkenssector hanteert is meer gestoeld op ervaring dan op onderzoek.

Er loopt nu een project ‘Verlichte varkens’ waar onder andere Signify (Philips Lighting), slachterij Westfort en varkensbedrijf De Hoeve bij betrokken zijn en dat wordt getrokken door Wageningen Livestock Research. Dat moet inzicht geven in effect van lichtsterkte en kleuren op het gedrag van vleesvarkens. Resultaten worden in de loop van dit jaar verwacht.


Werken met lichtplan

Voor nieuwe stallen en bij renovatie wordt voor de (kunst)verlichting vaker gewerkt met een lichtplan. Daarbij bepaalt de adviseur voor de aanschaf waar welke lampen moeten hangen om te komen tot een ideale lichtverdeling. Een planmatige aanpak voor het aspect daglicht gebeurt echter nog nauwelijks. In de praktijk wordt vooral gekeken naar de kosten om licht binnen te krijgen. Feitelijk begint een lichtplan bij het ontwerp van de stal. Zo is de plaatsing van de stal ten opzichte van de draaiing van de zon en andere stallen belangrijk, de afdelings- en hokgrootte en het beoogde ventilatiesysteem (wel of geen verlaagd plafond). Persoonlijke voorkeuren en bijvoorbeeld wel of geen zonnepanelen tellen mee. Ook de aanvulling met lampen bepaalt de keuzes rondom daglicht. 

Dit artikel is in aangepaste vorm overgenomen van boerderij.nl 

Monomestvergisting kansrijk, maar dringend behoefte aan meer beleidsruimte
BoerenPerspectief ondersteunt boeren die blijven boeren
Rechter bepaalt: intern salderen afgelopen 5 jaar alsnog vergunningplichtig
Stoppen met couperen van varkensstaarten: Samen naar een toekomstbestendige varkenshouderij
Landelijke basis voor provinciale opkoopregelingen
Gelderland volgt Noord-Brabant met intrekken latente stikstofruimte
Van co-vergister naar groengasinstallatie: Ervaringen van familie Ubbels
Vergisting: ‘binnen enkele jaren los met de eerste clusters’
Plannen voor privéstal uitgegroeid tot luxe trainingsaccommodatie