Onderscheid mate van groei melkveebedrijven ten opzichte van referentiedatum 2014:

• Bedrijven met melkvee (inclusief jongvee) die een gemiddeld fosfaatoverschot produceren tussen 20 en 50 kilogram per hectare zijn verplicht over voldoende grond te beschikken om ten minste 25 procent van de toename van de fosfaatproductie ten opzichte van het kalenderjaar 2014 te kunnen plaatsen op het eigen bedrijf. De overige 75 procent van de extra fosfaat moet verwerkt worden.

• Bedrijven met een fosfaatoverschot per hectare van 50 kilogram of hoger dienen 50 procent van de toename van de fosfaatproductie ten opzichte van het kalenderjaar 2014 te kunnen plaatsen op het eigen bedrijf. De overige 50 procent van de extra fosfaat moet verwerkt worden

• Voor bedrijven die minder dan 20 kilogram per hectare aan overschot hebben, worden, buiten het 100 procentverwerking van de fosfaatgroei ten opzichte van 2014, geen aanvullende voorwaarden ten aanzien van grond gesteld. Bedrijven die meer grond hebben dan zij nodig hebben om alle geproduceerde fosfaat te plaatsen vallen ook in deze catego

In welke categorie valt mijn bedrijf? Wat hebben de plannen die ik heb of heb gerealiseerd in relatie tot de melkveewet voor gevolgen? Hoeveel mest moet ik verwerken en hoeveel grond kom ik wellicht te kort? DLV Advies ontwikkelde een rekenprogramma dat u inzicht geeft in uw huidige situatie, maar ook verschillende scenario’s kan doorrekenen. Dit programma kan u helpen om afwegingen en de juiste keuzes te maken.

Voor meer informatie:

• Regio Noord / Oost: Marc Strikkeling
• Regio Zuid / West: Janneke Straver