Heb geduld met bemesten, voorkom lachgas

Publicatiedatum: 25-03-2021

“Zie je een groep jongeren met de neus over de akkers snuiven? Dan weet je dat de bodem te dicht is en er te vroeg is bemest.” Een overdreven uiting*, met een kern van waarheid: In de bodem binden elementen zich tot beschikbare mineralen, zo wordt N2O (ook bekend als lachgas) in combinatie met zuurstof dus nitraat, wat een plant gebruikt om van te groeien. In een dichtere bodem is minder zuurstof beschikbaar. Vandaar het streven naar een zo goed mogelijke conditie van de grond, met meer – juiste - beschikbare mineralen voor de plant om van te groeien.

Ap van der Bas Adviseur Mest & Mineralen bij DLV Advies legt uit waarom het beter is om nog even te wachten met bemesten op klei- of veengronden die nog te nat zijn om op te rijden met een trekker.

De bodem is in sommige gebieden (laaggelegen of bijvoorbeeld kleigrond) nog behoorlijk nat voor de tijd van het jaar. “Je ziet het aan de sporen in het land, iedereen die hier toch probeert mest uit te rijden, beschadigd de bodem voor de rest van het seizoen. Met als gevolg: lagere opbrengsten van gewassen, of het nu gaat om maïs, gras of andere teelten.” Wie toch zo snel mogelijk met zware werktuigen het land op rijdt, loopt het risico de bodem nog meer te dichten. Verdichting is volgens de mestadviseur een groot probleem voor de landbouw.

Bodemstructuur bepaalt kwaliteit

“Dit gebeurt er wanneer de bodem te zwaar is belast door een combinatie van gewicht en negatieve weersomstandigheden als kou en regenwater”, aldus van der Bas: “Bemeste akkers met een hoge dichtheid van de toplaag kunnen de nitraat uit mest niet omzetten in beschikbare nitraat voor planten. De aanwezige – in combinatie met toegevoegde mineralen uit mest – deeltjes in de grond hebben zuurstof en andere elementen nodig om aan te binden. Gras en maïs maar ook andere gewassen moeten goed kunnen wortelen en vervolgens voldoende van de beschikbare mineralen op kunnen nemen. ‘Dichte grond’, heeft een slechte zuurstof doorlaatbaarheid. In plaats van de gewenste bindingen zoals nitraat, ontstaat onder andere N2O (ook wel bekend als lachgas). Daar heeft een plant niets aan. Hoe beter (lees losser) de bodemstructuur is, des te beter kunnen planten stoffen als; nitraat, fosfaat en stikstof opnemen.”

‘Alleen nog maar beste kuilen’

Sytze Waltje, projectaccountmanager bij DLV Advies durft te stellen dat een kuil niet tegen hoeft te vallen, mits bemesten het eerste uitgangspunt is om mee aan de slag te gaan. “Het is niet eenvoudig, dit juist bemesten en rekening houden met omstandigheden. Het is wel degelijk bij elk bedrijf mogelijk: met de juiste kennis voorhanden en geduld om alleen mest te rijden wanneer het kan en nodig is. Nu is vaak nog de voornaamste aanleiding voor het uitrijden van mest; de put zit vol.”

Met de volgende formule krijg je een indicatie wanneer de bodem toe is aan de eerste bemesting van het jaar. Het gaat om de T-som, dit is de gemiddelde waarde van de temperatuur per etmaal. Zie de tabel voor de T-somtheorie. Zodra een T van 180 is bereikt, kun je aan bemesten gaan denken. Hierbij is het ook belangrijk om te kijken naar de grondsoort. Op droge zandgrond kun je met een T180 sneller aan de slag, op zware klei is het misschien nodig om langer te wachten. Daar is nog een handige truc voor. Doe de ‘hak’-test: zet letterlijk je hak in het zand. Trap je ver de grond in, dan is het duidelijk nog te nat. Blijft het redelijk droog, overleg dan met je adviseur over de mestgift die de bodem op het moment van bemesten nodig heeft en maak samen een plan van aanpak.

1 januari

10 graden Celsius (gem. per etmaal)

T10

2 januari

10 graden Celsius (gem. per etmaal)

T10

3 januari

5 graden Celsius (gem. per etmaal)

T5

~

 

 

12 maart

10 graden Celsius (gem. per etmaal)

T180 (tijd voor bemesten)

 

Tip van de adviseur:
Zo werk je aan een verbeterde gronddichtheid; omzetten van grond, bekalken of veranderen van gras-/kruidenmengsel.

Wil je zelf ‘beste kuilen’? Ap of Sytze helpen je er graag bij.

*De overdrevenheid: er is honderd jaar snuiven nodig om genoeg lachgas op te doen om high van te worden. In dermate kleine hoeveelheden produceert de bodem dit gas. Zoals er in de bodem nog vele andere gassen voorkomen en ontstaan door bindingen. Niet alleen in de bodem -(overal) de hele dag door - vinden verbindingen van elementen plaats die gassen of andere vaste of vloeibare nieuwe verbindingen vormen. Denk aan het snijden van een ui waarbij zwavelzuur vrij komt, dit zorgt voor de tranende ogen, maar je ogen zullen niet wegbranden. Dit komt door de minimale hoeveelheid die vrij komt.

Monomestvergisting kansrijk, maar dringend behoefte aan meer beleidsruimte
BoerenPerspectief ondersteunt boeren die blijven boeren
Rechter bepaalt: intern salderen afgelopen 5 jaar alsnog vergunningplichtig
Stoppen met couperen van varkensstaarten: Samen naar een toekomstbestendige varkenshouderij
Landelijke basis voor provinciale opkoopregelingen
Gelderland volgt Noord-Brabant met intrekken latente stikstofruimte
Van co-vergister naar groengasinstallatie: Ervaringen van familie Ubbels
Vergisting: ‘binnen enkele jaren los met de eerste clusters’
Plannen voor privéstal uitgegroeid tot luxe trainingsaccommodatie