Nieuwsarchief
Hittestress bij melkkoeien, meten is weten
Hittestress is een veelvoorkomend probleem bij koeien, vooral tijdens de zomermaanden. Hoge temperaturen en hoge luchtvochtigheid kunnen leiden tot een hoge thermische belasting bij de koeien, wat kan uitmonden in een verminderde melkproductie en gezondheidsproblemen.
Tijdens de bijeenkomsten over ‘Hittestress’ die tot stand zijn gekomen door het project ‘Betere Stal voor Koe en Klimaat’, leggen Ingrid van Dixhoorn en Brigitte de Bruijn, onderzoekers van Wageningen Livestock Research (WUR), uit hoe hittestress gemeten wordt, welke effecten dit heeft op de koe en welke maatregelen er genomen kunnen worden om hittestress te voorkomen of te verminderen. Ingrid en Brigitte begeleiden vanuit WUR zelf een inhoudelijk project genaamd ‘Kennis op Maat Hittestress Stalkaart’ waarbij praktische handvaten worden ontwikkeld om de effecten van hittestress bij melkvee te verminderen
Meten van hittestress
“Een veelgebruikte maatstaf om de thermische belasting op koeien te beoordelen is de temperatuur- vochtigheidsindex (THI)”, starten Ingrid en Brigitte de presentatie. De THI is gebaseerd op de luchttemperatuur en de relatieve luchtvochtigheid, waarbij externe factoren zoals zonnestraling en windsnelheid niet worden meegenomen. Een THI van 68 wordt vaak beschouwd als de drempelwaarde waarboven koeien hittestress kunnen ervaren In Nederland kan dit plaatsvinden vanaf 20°C.
bron grafiek: Waterschap Hunze en Aa’s
Vier categorieën van hittestress
“Koesignalen voor hittestress kunnen worden vastgesteld op basis van vier categorieën, waarbij de lichaamstemperatuur, ademhalingssnelheid en het sta- en liggedrag van de koeien worden geobserveerd”, vervolgen de beide onderzoekers van WUR. Bij thermoneutraal (categorie 4) staan minder dan 50% van de koeien, terwijl bij gevorderde-ernstige stress (categorie 1) meer dan 68% van de koeien staan.
Punten | Categorie | THI range | Lichaamstemperatuur | Ademhalingssnelheid | Staan/liggedrag |
4 | Thermoneutraal | <68 | 38.5 | 20-50 | <50% koeien staan, >12u/d liggen |
3 | Stressdrempel | 68-72 | >38.5 | >60 | 47-50% koeien staan |
2 | Mild-gevorderde stress | 73-79 | >39 | >75 | >50% koeien staan, liggen <10u/d |
1 | Gevorderde ernstige stress | 80-88 | >40 | >85 | >68% koeien staan (piek) |
0 | Ernstige stress | 89-95 | >41 | 120-140 | 49.7% koeien staan |
Daling van melkproductie tot 35%
Er zijn verschillende factoren die de mate van hittestress beïnvloeden. Zo spelen het productieniveau, productiestadium, ras, leeftijd en de omgeving (weidegang versus stal) een rol. Ingrid: “Iedere melkveehouder weet dat hittestress invloed heeft op de melkproductie. Onderzoek toonde aan dat de melkproductie in de vroege lactatie met 14% kan dalen en in de midden lactatie zelfs met 35%.” Een reductie van de voeropname zie je al terug bij een THI van 68. “Verse koeien verlagen hun drogestofopname het sterkst wanneer de THI toeneemt, hoewel zij het minst verlies in melkproductie hebben. Zij zijn dus extra kwetsbaar”, geeft Brigitte aan.
Vruchtbaarheid en dracht
Dat hittestress ook invloed heeft op de vruchtbaarheid en dracht wordt eveneens gemeten aan de hand van de THI. 64% van de bevruchtingen mislukt bij een THI boven de 73 gedurende 21 dagen voor bevruchting en leidt tot een verlaagde levensproductie. Een THI boven de 60 gedurende 7 dagen voor het kalven, leidt tot een verhoogde tussenkalftijd tijdens de volgende lactatie. Hittestress tijdens de laatste 8 weken van de dracht kan zorgen voor een verlaagde levensproductie van de nakomeling en een verlaagd conceptpercentage als vaars.
Economische gevolgen
In onderstaande tabel laten Brigitte en Ingrid zien wat de berekende verminderde melkopbrengsten en toename in kosten op jaarbasis zijn bij weinig, gemiddeld en veel hittestressdagen, gemeten op een fictief melkveebedrijf van 100 melkkoeien. Ingrid merkt hierbij op dat dit directe kosten zijn. ”Heel veel indirecte kosten en langetermijneffecten zijn hier niet in meegenomen.”
Scenario | Weinig | Gemiddeld | Veel |
Verminderde geleverde kg melk | € 1.500 | € 2.154 | € 2.808 |
Verminderde geleverde kg vet | € 599 | € 794 | € 1.030 |
Verminderde geleverde kg eiwit | € 609 | € 866 | € 1.122 |
Toename in tussenkalftijd | € 124 | € 177 | € 229 |
Verslechtering in klauwgezondheid | € 56 | € 80 | € 104 |
Verslechtering in uiergezondheid | € 161 | € 231 | € 301 |
Totaal kosten per jaar | € 3.008 | € 4.301 | € 5.593 |
Maatregelen
Ondanks dat de maatregelen bekend zijn onder de melkveehouders, benoemen de twee onderzoekers van WUR de verschillende oplossingen die hittestress minimaliseren. “Om directe straling te verminderen kan schaduw worden gecreëerd door bijvoorbeeld aanpassingen aan de stal of weide. De temperatuur in de stal kan verlaagd worden door dakisolatie, dakkoeling, het stimuleren van natuurlijke ventilatie, of door ventilatoren te gebruiken. Het aanbieden van verkoelende ligbedden, het natmaken van koeien in combinatie met ventilatie, of het bieden van een uitloop in water, kunnen helpen.”
Het management kan worden aangepast door activiteiten in de ochtend of avond te plannen, siësta-beweiding toe te passen, 's nachts te weiden, of alleen de lagere productiedieren te weiden. Ook melktijden kunnen veranderd worden, de stalbezetting kan worden verlaagd, de afkalfpiek worden gestuurd en men kan er ook voor kiezen niet te insemineren bij langdurige warmte. Daarnaast kan de voeding worden afgestemd op de buitentemperatuur, waarbij veel, vers en schoon water cruciaal is. Ingrid: “Tenslotte kunnen infectiedrukmaatregelen worden genomen door de hygiëne van de leefomgeving en het ligbedstrooiselmateriaal te verbeteren.”
Kennis op Maat Hittestress Stalkaart
Ingrid van Dixhoorn en Brigitte de Bruijn, onderzoekers van Wageningen Livestock Research (WUR), begeleiden een inhoudelijk project genaamd ‘Kennis op Maat Hittestress Stalkaart’ waarbij praktische handvaten worden ontwikkeld om de effecten van hittestress bij melkvee te verminderen. De stalkaart wordt momenteel verder doorontwikkeld en gecommuniceerd om hittestress gerichter aan te pakken. Deze gebundelde kennis over hittestress en de stalkaart worden gedeeld via webinars en workshops en geïmplementeerd in het onderwijs. Meer informatie hierover leest u hier.
Projectmatig werken
Bovengenoemd project sluit mooi aan op het project ‘Betere stal voor Koe en Klimaat’, over het optimaliseren van de stal, waarbij aandacht is voor dierenwelzijn, diergezondheid, arbeidsefficiëntie, milieu en de rentabiliteit. Het project is tot stand gekomen door de zoektocht van melkveehouders naar de juiste oplossing om hun bedrijf toekomstbestendig te maken. Ze moeten voldoen aan de wet- en regelgeving vanuit de overheid, die het steeds lastiger maakt om op een eigen manier het bedrijf te runnen. Ze willen ook graag de stal integraal aanpakken om ook andere aspecten zoals dierenwelzijn, diergezondheid en koecomfort te verbeteren om een beter verdienmodel te creëren. Hiervoor is inzicht in de stal nodig en inzicht in de relatie/interactie tussen stalinrichting, dierenwelzijn, rentabiliteit en milieu. Alle deelnemers binnen dit project werken aan al deze onderdelen.
Meer informatie
Het project ‘Betere stal voor koe en klimaat’ is voortgekomen uit het Sabe-traject ‘Samen leren’, is mede mogelijk gemaakt door subsidiegelden vanuit RVO en vindt plaats in de provincies Zuid-Holland, Noord-Brabant en Utrecht. Wilt u meer weten over het Sabe-traject ‘Samen leren’, dan kunt u contact opnemen met Anne van Heesbeen, projectleider bij DLV Advies.