Nieuwsarchief
Kunstmest inperken met graslandmanagement
Kunstmestloos te werk gaan, is dat mogelijk? Verbeter het huidige management van de landbouwgrond en maak optimaal gebruik van het graslandbeheer. Dat is volgens adviseur Sytze Waltje een belangrijk onderdeel om het gebruik van kunstmest te verminderen. "Het draait om de drie p’s: welk product gebruik je, in welke periode en op welke plaats.”
Waltje heeft van precisielandbouw zijn specialisatie gemaakt. De project accountmanager bij DLV Advies uit Drachten deelde zijn kennis op het startsymposium POP3-demonstratieproject op de Dairy Campus in Leeuwarden. Het verminderen van kunstmest draait volgens hem om de bewustwording van het grasland. "Het gaat erom dat je weet wat al in je grond zit. Door het land te scannen, bouw je een een profiel van de bodem op. Zo weet je precies wat nodig is. Je neemt op basis van feiten maatregelen, die een maximaal rendement opleveren.”
Toplaag aangetast
Met het gebruik van meer dierlijke mest verwacht Waltje een besparing van 10 tot 15 procent op het gebruik van kunstmest. Dat is op zichzelf geen slecht product, vindt hij. "Maar we moeten er wel anders mee omgaan. De zouten in kunstmest tasten de toplaag van het grasland aan. In die bovenste laag van het gras vinden heel veel processen plaats. Met kunstmest beschadig je dit systeem. Dat is een slechte zaak. Het land herstelt zich weer door minder chemie te gebruiken. Dat is duidelijk te zien bij boeren die naar biologisch zijn overgestapt. De bodem moet weer gaan werken in plaats van met kunstmest compenseren.”
Samenwerken met loonwerker
Met name gangbare melkveehouders en ook twee biologische veehouders werken aan het project mee. “Zij blijven ook kunstmest gebruiken”, licht Waltje toe. “We kijken naar de verbeterpunten. Aan de hand van data weten we waar welke mest naartoe moet. Bij deze melkveehouders zit daar op perceelniveau al verschil in. Het is zaak om dat in kaart te brengen. We verbinden de data om tot een optimaal resultaat te komen.”
Om tot die data te komen moet de boer fikse investeringen doen, een nadeel van precisielandbouw. De drones en het scannen van het land zijn duur. Toch vindt Waltje het de investering waard. “Het hoeft zeker niet elk jaar. Door samen te werken met de loonwerker kun je kosten verdelen. En als je doet wat je altijd deed, dan krijg je wat je altijd kreeg. Maak daarom je bemesting eens inzichtelijk. Je bodem wordt beter en je haalt uiteindelijk meer ruwvoer van het land.”
Mest vergisten met co-stromen
Optimaliseren is ook het credo in de productie van kunstmest. Door mest te bewerken ontstaan kunstmestvervangers. Dat kan onder andere met co-vergisting of een monovergister. Het co-vergistingsproces bestaat uit minimaal 50 procent dierlijke mest, aangevuld met co-stromen zoals afgekeurde levensmiddelen. De co-vergister zet de inhoud om in biogas voor de productie van groene energie. Als restproduct blijven digestaat, ammoniumsulfaat en CO2 over. Deze stromen zijn voor een deel geschikt als kunstmestvervanger.
Fermentatie
Een co-vergister verwerkt voedselafval uit de levensmiddelenindustrie en restproducten uit de agrarische sector. Alleen de producten van organische oorsprong, die niet meer geschikt zijn voor menselijke of dierlijke consumptie, worden gebruikt. Denk bijvoorbeeld aan rottende groenten. "Door het te verwarmen komt de fermentatie op gang. In het proces wordt onder andere het vrijgekomen methaangas en de CO2 opgevangen en verwerkt tot biogas. Wat overblijft is een bodemverbeteraar en een bemestingsmiddel", legt Waltje uit.
Kunstmest ver transporteren moet worden voorkomen, want transport zorgt voor een nog hogere CO2-uitstoot. Door deze reststromen lokaal in te zetten, voorkom je veel uitstoot van CO2 en wordt de mineralenkringloop verder gesloten. Het is de kringlooplandbouw die Waltje belangrijk vindt. Waltje wijst bij klanten ook altijd naar de Kringloopwijzer. “Wat doe je daar nu eigenlijk mee? Je vult de papieren in en dat is het. Maak daar eens actief gebruik van. Het kan je een behoorlijke winst opleveren.”
Project Grasland
Negen boerenbedrijven nemen op dit moment de proef op de som. Verdeeld over Noordoost-Friesland, Groningen en Drenthe startte in oktober 2019 het project ‘Precisie met techniek in graslandmanagement’. In Groningen, Drenthe en Friesland begeleidt Waltje het project 'Precisie met techniek in graslandmanagement'. Drones en bodemscans leveren data die inzichtelijk maken wat er per perceel nodig is aan nutriënten en waar biologische, chemische of fysische tekortkomingen zijn die kunnen leiden tot opbrengstverliezen. De deelnemers verenigen verschillende technieken in graslandmanagement. De technieken zijn niet nieuw, maar de combinatie van technieken is uniek.
Meer informatie over het project is op te vragen bij Sytze Waltje.
Dit artikel is overgenomen in aangepaste vorm uit de Veldpost van Agrio op 1 februari 2020.
Het project ‘Precisie met techniek in graslandmanagement’ wordt mede mogelijk gemaakt door subsdies van de provincies Drenthe, Groningen en Friesland en het Europees Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling (POP3).