Nieuwsarchief
Uitvoering fosfaatrechten wringt, innovatie stokt
Volgens Van Dam onderschrijft de overschrijding van het fosfaatplafond de noodzaak om fosfaatrechten in te voeren. Op het eerste gehoor een nobel streven, maar in de praktijk een verlammende factor voor innovatie en nadelig voor het milieu, stellen Herrold Lammertink en Niek Groot Wassink in een opiniestuk voor het Financieele Dagblad wat ook gepubliceerd is als Opiniestuk in Veldpost, Vee & Gewas, Agraaf en Stal & Akker van 9 juli jongstleden.
Nederland kent een in 2002 bepaald fosfaatplafondvoor de maximaal te produceren hoeveelheid dierlijke mest per jaar. In aanloop naar de afschaffing van het melkquotum is er de afgelopen jaren in de melkveehouderij een flinke opschaling van dieren geweest, waardoor het plafond in 2015 is overschreden. De instelling van fosfaatrechten moet eraan bijdragen dat Nederland in 2018 weer onder het plafond zit. De werking in het kort: wanneer een veehouder meer dieren houdt dan op basis van zijn fosfaatrechten is toegestaan, dan is hij verplicht om extra fosfaatrechten aan te kopen. Die rechten kan hij bijvoorbeeld overnemen van een boer die stopt met zijn bedrijf, een bedrijf dat juist afschaalt of van een boer die efficiënter weet te produceren.
Een heldere opzet, maar het wringt in de uitvoer op verschillende plekken. Er heerst in ons land grote verwarring over hetlfosfaatplafond en de relatie met de daadwerkelijke fosfaatbemesting. Veehouders in Nederland moeten het deel van hun eigen mestproductie, dat ze binnen de mestvvetgeving niet kunnen plaatsen op hun grond, afvoeren en deels laten vewverken en exporteren. Desondanks wordt er jaarlijks nog steeds een grote hoeveelheid kunstmestfosfaat geïmporteerd. Een zogenaamd overschot aan dierlijk fosfaat moet worden geëxporteerd en tegelijkertijd wordt er kunstmestfosfaat geïmporteerd. Het fosfaatplafond is dus niks anders dan een koud instrument om het aantal dieren te reduceren en zorgt er niet voor dat het milieu verbetert. Daarmee is het alleen een extra belemmering voor ondernemers.
Tekorten
Deze belemmering heeft grote financiële gevolgen. Er wordt al jaren met krappe marges gewerkt. De beperkte budgetten die dit oplevert, worden vooral gebruikt om te investeren in innovatie en verduurzaming om de kostprijs onder de dalende marktprijs te houden. Dit is op zich al een flinke uitdaging en het fosfaatplafond zal het vrijwel onmogelijk maken. Er blijft simpelweg geen marge meer over om te investeren. De regeling is per definitie een kostprijsverhoger. Veel bedrijven zullen de kosten niet kunnen opbrengen. Het gevolg is dat de markt zal consolideren. Het aantal boeren zal verder krimpen. Nu is marktwerking op zich geen probleem, maar het onwenselijke neveneffect is dat er veel geld uit de melkveehouderijsector zal verdwijnen door het contant maken van fosfaatrechten. De schatting is dat er met het overdragen van de fosfaatrechten 1,7 miljard euro is gemoeid. Het grootste gedeelte daan/an wordt met de wijkende boeren meegenomen naar het bejaardentehuis en komt niet ten goede aan de sector.
Achterstand
Niet alleen individuele boeren, maar ook de sector als geheel zal nadeel ondervinden van de fosfaatrechten. We zijn juist een land waar de kostprijs al wordt verhoogd ten opzichte van de Europese collega's door de dure grond en hoge arbeidskosten. Maar juist doordat de sector heel goed presteert, is ze in staat om ook een iets betere prijs te krijgen dan de Europese collega's. De Nederlandse sector staat wereldwijd bekend om zijn innovatie en de hoge kwaliteit van de geproduceerde zuivel. Deze extra financiële belasting zet ons op achterstand in Europa. Wij zijn het enige land met een quotumregeling, waardoor het buitenland ons straks inhaalt.
Dierlijke mestproducten
Hoewel het een kritische situatie is, wordt er al wel gewerkt aan oplossingen. Positief is dat het grootste gedeelte van de budgetten op dit moment al wordt besteed aan het bewerken van mest. Maar de potentie is groter, want er wordt nog steeds kunstmest geïmporteerd en bewerkte mest geëxporteerd uit Nederland. Meer dierlijke mest bewerken, biedt dan ook meer voordelen dan doorgaans wordt gezien. Elk jaar vinden er ongeveer een miljoen mesttransporten plaats. Door meer bewerkte mest in eigen land te gebruiken, is er niet alleen minder import van kunstmest nodig, maar zal ook het aantal transportbewegingen duidelijk afnemen. Ook is er 'groen fosfaat' in ontwikkeling en waar op dit moment proeven mee lopen in de maisteelt. Het gaat om een korrel die volledig gemaakt is van dierlijke mestproducten. Technisch is de sector in staat om dierlijke meststoffen in te zetten als vervanger voor kunstmestsoorten. De veldproeven die nu lopen, moeten het meer naar de praktijk brengen.
Ons advies aan de politiek is om ondernemers ruimte te geven zodat duurzamere oplossingen een kans krijgen. De Nederlandse situatie ligt anders dan in andere EU-landen. Er wordt volgens hen al veel mest bewerkt en geëxporteerd. We hebben als land eigenlijk alles in huis om hier een positieve draai aan te geven, maar het terugbrengen van het aantal koeien legt alles een beetje dood. Ondernemers krijgen te weinig ruimte. Ondernemers houden hier onder duurste omstandigheden het hoofd boven water, maar een extra maatregel - die feitelijk alleen maar geld kost - is dodelijk voor innovatie. Laat oplossingen uit de sector zelf komen. Daar is de sector prima toe in staat.
Wilt u meer weten over fosfaatrechten en wat dit voor uw bedrijf betekent? Neem contact op met Herrold Lammertink, tel. 06 51 53 46 46 / h.lammertink@dlvadvies.nl of Niek Groot Wassink, tel. 06 13 37 91 07 / n.grootwassink@dlvadvies.nl. Of bekijk het dossier Fosfaatrechten.