Veranderingen in fosfaatreductie

Publicatiedatum: 08-03-2017

In grote lijnen is het oorspronkelijke fosfaatreductieplan overeind gebleven. Niek Groot Wassink licht de veranderingen met betrekking tot boetes, solidariteitsheffingen en de toevoeging van niet-melkleverende bedrijven toe.

Hoogte van boete en solidariteitsheffing

De hoogte van de boete en solidariteitsheffing werd eerst aan de hand van een berekening bepaald, maar in de definitieve versie zijn deze gesteld op een boete van 240 euro per GVE per maand en een heffing van 112 euro (eerste periode) en 56 euro (resterende periodes). 
Bedrijven die niet fors zijn gegroeid, zullen naar verwachting weinig financiële problemen ondervinden van het fosfaatreductieplan, zo verwacht Niek. “Het saldo op de extra kilo’s melk is vrij beperkt, waardoor zeker intensieve bedrijven weinig extra rendementsderving ondervinden bij het opruimen van een beperkt aantal dieren. Ze halen nu de bezem door de stal en de goede koeien blijven over. In feite wordt het bedrijf geoptimaliseerd.” 

Niet-melkleverende bedrijven opgenomen

Verdere veranderingen zijn dat niet-melkleverende bedrijven met rundvee nu ook in de regeling vallen. De overheid stelt hier als referentiepunt 15 december 2016. Ook zij moeten boetes betalen als ze zich niet aan de reductieregeling houden. Niek: “Er zijn met name in Oost-Nederland veel boeren die in de zomer weidekoeien vet mesten en doordat dit in de zomer en niet in de winter gebeurt, hadden ze op de referentiedatum van 15 december 2016 veelal geen dieren. Zij mogen dit jaar dus geen weidekoeien meer houden. Het is mogelijk om je aan te melden voor de knelgevallenregeling, maar het is de vraag of dit toegekend gaat worden. Mogelijk dat het daarna aangevochten gaat worden. Dan wordt duidelijk of het systeem juridisch waterdicht is.”

Referentie van boer naar boer

De laatste wijziging is de mogelijkheid dat koeien en referentie van boer naar boer overgebracht kunnen worden. Voorheen konden koeien en fosfaatreferentie alleen afgeschreven worden als deze werden aangeboden voor de slacht of export of als dood werden aangemeld. Dat geldt nog steeds voor boeren die gebruik maken van de stoppersregeling. Van deze regeling maken meerdere klanten van Niek gebruik: “We hebben meerdere klanten die willen stoppen en dat al langer van plan waren. Een aantal om financiële redenen en sommigen willen dit jaar stoppen om volgend jaar weer opnieuw te beginnen als zij de fosfaatrechten in handen hebben. Maar een dergelijke strategie is afhankelijk van de melkfabriek. Niet iedere zuivelaar zal een contract ontbinden om een jaar later opnieuw een contract af te sluiten. 
 

Monomestvergisting kansrijk, maar dringend behoefte aan meer beleidsruimte
BoerenPerspectief ondersteunt boeren die blijven boeren
Rechter bepaalt: intern salderen afgelopen 5 jaar alsnog vergunningplichtig
Stoppen met couperen van varkensstaarten: Samen naar een toekomstbestendige varkenshouderij
Landelijke basis voor provinciale opkoopregelingen
Gelderland volgt Noord-Brabant met intrekken latente stikstofruimte
Van co-vergister naar groengasinstallatie: Ervaringen van familie Ubbels
Vergisting: ‘binnen enkele jaren los met de eerste clusters’
Plannen voor privéstal uitgegroeid tot luxe trainingsaccommodatie