Vergisting is veel eerder interessant

Publicatiedatum: 11-07-2023

Monomestvergisting van verse mest vangt het methaan op dat anders verloren zou gaan. Het biogas dat ontstaat, kunnen varkenshouders gebruiken voor warmte en elektriciteit. Voor rundveehouders is omzetten naar groen gas beter. Bij gebruik van verse rundveemest kan monomestvergisting in de meest gunstige situatie vanaf 70 melkkoeien uit. “Tenminste als het biogas op een centrale plek samen met het biogas van andere veehouders wordt omgezet naar groen gas”, stelt projectleider Energie Erik Drost bij DLV Advies. ‘De SDE-subsidie van € 1,92 per kuub groen gas gedurende 12 jaar maakt dat mogelijk. De regeling gaat in september weer open”, zegt Erik.

Monomestvergisting is goed voor het klimaat. Want methaan komt sowieso vrij uit de mest in de mestkelder en is een 27 keer sterker broeikasgas dan kooldioxide. Bij mestvergisting gaat het methaan niet verloren, maar komt beschikbaar als biogas. “Met het biogas zijn een aantal opties mogelijk”, vertelt Erik.

1. Warmteproductie via warmtekrachtkoppeling

Voor zeugenbedrijven of gesloten varkensbedrijven is de beste optie doorgaans om met dit biogas warmte en elektriciteit te produceren via een warmtekrachtkoppeling (wkk). Door de warmte goed in te zetten, kan een zeugenbedrijf of gesloten bedrijf van het gas af’, weet varkenshouder Hans Verhoeven in het Brabantse Valkenswaard. “Dat scheelt tienduizenden euro’s per jaar. Daarnaast kun je SDE-subsidie krijgen voor het gebruik van deze warmte en de opgewekte elektriciteit. Je hoeft geen of minder elektriciteit in te kopen. Reken voor een bedrijf met 500 zeugen op een investering van zo’n € 500.000”, licht Verhoeven toe. Op melkveebedrijven en vleesvarkensbedrijven is meestal weinig vraag naar warmte en is de eerste optie minder efficiënt. Behalve als ze de warmte inzetten om dikke fractie te drogen of met hulp van warmte ammoniak uit de dunne fractie te halen. Dat kan voor de toekomst interessant zijn.
 

2. Biogas in opwerkstation omzetten naar groen gas

Een andere optie is het biogas in een opwerkstation om te zetten naar groen gas en dat injecteren op het aardgasnet. Het opwekstation is leverbaar vanaf € 500.000. Er zijn nu zo’n 450 koeien of 20.000 vleesvarkens nodig om dit rendabel te krijgen, al hangt dit af van de subsidie en komen er ook kleinere opwekstations.


3. Als klein bedrijf toch groen gas leveren

Om het mogelijk te maken dat kleinere bedrijvengroen gas leveren, kan het volgens Drost een optie zijn om samen te werken met veehouders in de buurt. Iedere veehouder heeft dan een monomestvergistingsinstallatie op het erf waarin meerdere malen per dag verse mest komt. Het biogas dat ontstaat, gaat naar een centraal punt waar het wordt omgezet naar groen gas.

Bij een dergelijke samenwerking is het van belang dat de veehouders binnen een straal van 4 tot 5 kilometer zitten. Anders is de investering in de leidingen voor het biogas te groot. Nog belangrijker is dat er in de buurt een geschikt aardgastransportleiding is, waar het groene gas op kan worden geïnjecteerd. Want deze leiding naar het aardgasnetwerk moet aan hoge eisen voldoen en is duur. 

Samenwerking maakt het mogelijk om vanaf 70 melkkoeien monomestvergisting toe te passen. Jongvee rekent Drost niet mee, omdat daar extra leidingen voor nodig zijn en ze naar verhouding weinig mest produceren.

4. Biogas verzamelen en verkopen aan een grote afnemer

Een vierde optie kan zijn dat meerdere veehouders samenwerken, het biogas op een centraal punt verzamelen en dat als biogas verkopen aan een grote afnemer. Dat gebeurt onder andere door 5 melkveehouders in het Overijsselse Oxe die het biogas leveren aan ForFarmers en Royal GD.

Dagontmesting

Dagontmesting is essentieel. Hiervoor moet de melkveestal worden omgebouwd naar een stal met een dichte vloer met dagontmesting. Dat lukt doorgaans niet bij veehouders die al een emissiearme vloer met kleppen of mestscheiding hebben. Uit onderzoek blijkt dat er bij dagontmesting van varkensmest nog minimaal 90% van het methaan behouden blijft voor de mestvergisting. Ook bij de rundveemest ligt dat in die orde van grootte.

In een rundveestal haalt de mestrobot of -schuif het liefst ieder uur de mest uit de stal en brengt deze naar de tussenopslag. Vanuit de tussenopslag doseert het systeem automatisch iedere 4 uur mest naar de vergister. Niet vaker, anders koelt de vergister af door de invoer van verse mest. Maar wel genoeg, omdat de bacteriën in de verse mest die zorgen voor de omzetting naar methaan dan goed hun werk kunnen blijven doen.

Terugverdientijd niet langer dan 6 jaar

Drost en zijn collega’s rekenen een situatie altijd goed door en tellen daarbij alle kostenposten mee zoals de aanleg van de biosgasleiding, de groengasleiding en de installatie om van biogas naar groen gas om te zetten. Hij komt op een investering van bijna € 400.000 voor een bedrijf met 130 koeien en een terugverdientijd van 6 jaar en een netto-eindresultaat van € 200.000. Die terugverdientijd mag niet langer zijn, vindt de projectleidier Energie, want er kunnen tegenvallers optreden die je dan nog kunt opvangen. Valt de mestkwaliteit tegen dan kost dat zomaar € 10.000 per jaar.

Punt van aandacht voor rundvee- en varkenshouders die naar groen gas toe willen, is dat ze energie moeten terugkopen. Drost telt dat wel mee, maar de energieprijzen kunnen natuurlijk veranderen.
Rundveehouders en vleesvarkenshouders kunnen een flink deel van de eigen energiebehoefte met zonnepanelen opwekken. Voor zeugenhouders en gesloten bedrijven blijft het een punt dat ze veel warmte nodig hebben. Daarom is een wkk vaak aantrekkelijker.

 

Onderdeel van een intergrale toekomstaanpak

Volgens varkenshouder Hans Verhoeven en Erik Drost moet je monomestvergisting niet als een op zichzelf staand onderdeel zien, maar als een onderdeel van een integrale toekomstaanpak.

Met monomestvergisting en een wkk op een varkensbedrijf moet genoeg warmte en elektriciteit te produceren zijn voor de eigen behoefte. Op een vleesvarkensbedrijf zal er een warmteoverschot zijn. Dat is prima te gebruiken om de dikke fractie van de mest in te drogen en af te zetten. Dat kan ook voor rundveehouders een optie zijn, als ze een mestoverschot hebben of in de toekomst krijgen. Ook Drost ziet nog extra opties zoals strippen van de dunne fractie, waardoor rundveehouders eigen kunstmest kunnen maken. "Belangrijk is dat de overheid dagontmesting, mestvergisting en mestverwerking als een integrale oplossing ziet. In Noord-Brabant is dagontmesting bij varkenshouders niet voldoende om aan de normen voor ammoniakemissie te voldoen. Tel je daarbij het voordeel op van het verminderen van methaanemissie, dan liggen er mogelijkheden’, vindt Verhoeven.

Dit artikel is in aangepaste vorm overgenomen van Nieuwe Oogst.

Monomestvergisting kansrijk, maar dringend behoefte aan meer beleidsruimte
BoerenPerspectief ondersteunt boeren die blijven boeren
Rechter bepaalt: intern salderen afgelopen 5 jaar alsnog vergunningplichtig
Stoppen met couperen van varkensstaarten: Samen naar een toekomstbestendige varkenshouderij
Landelijke basis voor provinciale opkoopregelingen
Gelderland volgt Noord-Brabant met intrekken latente stikstofruimte
Van co-vergister naar groengasinstallatie: Ervaringen van familie Ubbels
Vergisting: ‘binnen enkele jaren los met de eerste clusters’
Plannen voor privéstal uitgegroeid tot luxe trainingsaccommodatie