Voerwinst zet veehouder aan het denken

Publicatiedatum: 22-01-2019

In de varkenshouderij leggen banken en financiële adviseurs al jarenlang een grote nadruk op de voerwinst van het bedrijf. DLV Advies introduceerde het kengetal twee jaar geleden in de melkveehouderij. "Je ziet in één oogopslag hoe het bedrijf technisch draait", aldus Niek Groot Wassink, adviseur rundvee.

De voerwinst is de basis voor het rendement van een bedrijf. Dat weten ze in de varkenshouderij al langer. Banken en financiële adviseurs beschouwen het kengetal als een belangrijke indicator voor de technische prestaties van het bedrijf. De voerwinst heeft dus een rechtstreekse invloed op de financieringsmogelijkheden. Twee jaar geleden introduceerde DLV Advies de voerwinst in de melkveehouderij. Het kengetal is simpel te berekenen. Je telt het melkgeld en de omzet en aanwas bij elkaar op, en haalt daar de voerkosten vanaf. De voerwinst wordt uitgedrukt in euro’s per kilogrammen melk. De voerkosten bestaan uit krachtvoer, mineralen, ruwvoer, bijproducten en melkproducten.

Alledaagse kosten

"Bij dit kengetal kijk je dus naar het voer dat in je dieren stopt en je berekent wat je daarvoor terugkrijgt", aldus Groot Wassink. Melkveehouders krijgen hiermee een goed inzicht in hun voerkosten. "Het zijn de alledaagse, variabele kosten. De voerwinst geeft je handvatten om snel bij te sturen", vervolgt Groot Wassink.
"Wil een melkveehouder bij zijn bank financiering krijgen voor groeiplannen, dan moet hij bij de 40 procent beste bedrijven van Nederland horen", aldus Groot Wassink. "Je moet dus technisch goed draaien. We willen ernaar toe dat de voerwinst, net als in de varkenshouderij, een kengetal met gewicht wordt. Want met dit kengetal zie je meteen hoe een bedrijf ervoor staat."

Standaardbedrijven voerwinst

De voerwinst melkveehouderij is gebaseerd op vier standaard melkveebedrijven van DLV Advies, die verschillen in melkproductie per hectare. Iedere veehouder kan zich maandelijks meten met een van deze standaardbedrijven. "Die onderverdeling was nodig omdat een intensief bedrijf niet te vergelijken is met een extensief bedrijf. Intensieve veehouders kopen vaak meer voer aan, en daardoor is hun voerwinst lager dan die van extensieve boeren", legt Groot Wassink uit.
Wanneer de veehouder zijn eigen bedrijf vergelijkt met het standaardbedrijf, gebeurt dit op een schaal van 100 procent. Waarbij 100 procent het gemiddelde is van de boeren in de betreffende categorie.

Melkprijs verhogen

"In onze studiegroepen wordt het kengetal steeds belangrijker. Deelnemers bespreken elkaars voerwinst en zoeken samen naar mogelijkheden om die te verhogen", zegt Groot Wassink. Een hogere voerwinst is te realiseren door het verhogen van de melkprijs, een hogere omzet en aanwas en lagere voerkosten. "We zien vaak dat de ruwvoerproductie op bedrijven achter blijft. Daar valt nog veel te halen."

Het verscherpen van de krachtvoerkosten is ook een optie. "Neem je ruwvoerpositie als uitgangspunt. Hoeveel liter melk kun je daarmee produceren? Vul dit vervolgens aan met krachtvoer. Draai dit principe niet om, laat dus niet de melkproductie leidend zijn." Met het realiseren van een hogere melkprijs is de voerwinst ook te verhogen. "De melkprijs bepaalt 85 tot 95 procent van het inkomen, als je dat een paar procent kan winnen, is dat al heel veel. Vaak denken boeren dat ze niet kunnen tornen aan de melkprijs. Maar daar ben ik het niet mee eens’, zegt de DLV-adviseur.
"Denk goed na over welk soort melk je wilt leveren en aan wie je het wilt afzetten. Er zijn veel duurzame melkstromen zoals VLOG-melk, A2A2 melk en weidemelk. Je kunt de melk ook indikken of regionaal afzetten. En de melkprijs vastzetten op de termijnmarkt is ook een laagdrempelige manier om meer voor je melk te vangen."

De hoogte van de melkgift zegt niets over de voerwinst. "Er zijn veehouders die 13.000 liter melk per koe realiseren, maar heel hoge voerkosten hebben en een lage melkprijs ontvangen doordat de gehaltes laag zijn. Daarentegen kennen we ook boeren die met veel en goed ruwvoer 9.000 liter per koe produceren met 3,60 eiwit en weinig krachtvoer aankopen. Regelmatig blijkt deze laatste groep een hoge voerwinst te realiseren."

Hoge voerwinst behalen

De voerwinst geeft aan hoe een melkveebedrijf technisch draait. "Haalt een veehouder een hoog saldo, dan is zijn voerwinst meestal ook hoog omdat je het gros van de kosten al hebt", zegt Niek Groot Wassink, adviseur rundveehouderij bij DLV Advies.

Het valt de adviseur op dat het gros van de intensieve bedrijven (met meer dan 30.000 liter melk per hectare) relatief lage voerkosten heeft, maximaal 15 cent per liter melk. "Ze zijn in staat om grote hoeveelheden hoogwaardig voer scherp in te kopen en dit om te zetten in veel melk. Daarmee is intensief boeren erg lonend. Maatschappelijk is een hoge intensiteit een minder gewenst systeem."
De voerwinst is gebaseerd op vier standaard melkveebedrijven waarmee de veehouder zich kan meten:

  • standaardbedrijf A produceert minder dan 15.000 kilo melk per hectare; 
  • standaardbedrijf B produceert tussen de 15.000 en 20.000 kilo melk per hectare; 
  • standaardbedrijf C produceert tussen de 20.000 en 25.000 kilo melk per hectare;  
  • standaardbedrijf D produceert meer dan 25.000 kilo melk per hectare.

DLV Advies ontwikkelt maandelijks een voerwinstprognose voor de melkveehouderij. Veehouders zijn daardoor voorbereid op eventuele (prijs)schommelingen. Meld u aan voor de maandelijkse prognosemail. U ontvangt dan maandelijks een mail met een link naar de voerwinstprognose van de betreffende maand. De prognoses zijn alleen inzichtelijk voor geregistreerden. Klik op onderstaande link voor meer informatie en om u in te schrijven.

Voerwinstprognoses melkvee

Dit artikel is gepubliceerd op 19 januari in vakblad Nieuwe Oogst.

Monomestvergisting kansrijk, maar dringend behoefte aan meer beleidsruimte
BoerenPerspectief ondersteunt boeren die blijven boeren
Rechter bepaalt: intern salderen afgelopen 5 jaar alsnog vergunningplichtig
Stoppen met couperen van varkensstaarten: Samen naar een toekomstbestendige varkenshouderij
Landelijke basis voor provinciale opkoopregelingen
Gelderland volgt Noord-Brabant met intrekken latente stikstofruimte
Van co-vergister naar groengasinstallatie: Ervaringen van familie Ubbels
Vergisting: ‘binnen enkele jaren los met de eerste clusters’
Plannen voor privéstal uitgegroeid tot luxe trainingsaccommodatie