Nieuwsarchief
Voordelen pakken met tweede locatie
Steeds meer melkveebedrijven werken met een tweede locatie. Er zijn verschillende manieren om dit in te vullen. Belangrijk is dat een extra locatie het totale bedrijf versterkt en toekomstbestendig maakt. Afstand kan een handicap zijn.
In de varkenshouderij is het fenomeen van meerdere locaties al decennialang aan de orde. Eerst waren het vooral zeugenhouders met afmestlocaties, maar tegenwoordig zijn het ook volwaardige tweede of derde locaties. In de melkveehouderij was de noodzaak nooit zo groot om het bedrijf elders uit te breiden maar inmiddels is dat veranderd. Veel bedrijven lopen tegen de grenzen van groei aan, terwijl er tegelijkertijd mooie locaties op de markt komen.
Uitbreidingsbehoefte
Exacte cijfers over de verdeling van locaties zijn er (nog) niet: het CBS heeft de ambitie om de situatie dit voorjaar in beeld te brengen. De verwachting is wel dat de afgelopen jaren honderden ondernemers deze keuze hebben gemaakt. “Er is bij die ondernemers bijna altijd sprake van een uitbreidingsbehoefte”, constateert Marc Albers, Adviseur Vastgoed bij DLV Advies. Vaak is het volgens hem een combinatie van factoren die ook beïnvloed worden door de tijd. “Vergunningverlening gaat nu erg moeizaam terwijl je op een andere locatie direct meer vee kunt houden. Bouwen is steeds meer een zaak van de lange adem en bouwprijzen zijn hoog.”
Prijzen bedrijfswoningen lager dan in de vrije markt
Een andere reden waarom het tegenwoordig goed past, zit in het verkrijgen van een extra bedrijfswoning, ziet Marc. Woningen zijn immers schaars en duur. “Wanneer de jonge of oude generatie woonruimte zoekt, kan dat mooi passen met de aankoop van een volledige locatie. Prijzen voor bedrijfswoningen liggen fors lager dan in de vrije markt. Uitbreiden met een andere locatie is dus interessant als een sprong gemaakt moet worden in bedrijfsfactoren zoals grond, gebouwen, opslag of vergunningen, maar dus ook wonen.”
Meerdere varianten
In de praktijk komen meerdere varianten voor na aankoop van een tweede locatie. Soms wordt op beide locaties gemolken, vaker gaat alle jongvee naar de nieuwe locatie en gebeurt het melken op de thuislocatie of andersom. Onder andere de staat van de huisvesting/melkinrichting en de arbeidsinvulling zijn bepalend. Meestal betekent een tweede locatie dat er groei in stuks melkvee gaat plaatsvinden op één van de locaties, maar dat hoeft niet. Er zijn ook ondernemers die (meerdere) huurstallen hebben en met de aankoop van een locatie alle vee in eigen beheer krijgen.
Waarde en kenmerken tweede locatie
De invulling hangt mede af van de kenmerken van de tweede locatie. Het verschil in aanbod aan locaties is groot en dat geldt eveneens voor de bijbehorende prijzen. Er zijn perfecte bedrijven om zonder aanpassingen goed te kunnen draaien. Daarnaast zijn er locaties met veel achterstallig onderhoud en minder gunstige bedrijfsopzet. Het kan zorgen voor een behoorlijke investering om deze locaties conform de huidige tijd en maatstaven aan te passen. Aspecten als kwaliteit van de bedrijfswoning, andere gebouwen, voeropslag en aanwezigheid en kwaliteit van grond bepalen de totaalprijs. De waarde van die onderdelen zijn niet voor elke koper hetzelfde.
Synergievoordelen
Het aankopen van een tweede locatie ten opzichte van uitbreiden thuis biedt een aantal voordelen. In bijna alle gevallen is deze manier van uitbreiden goedkoper dan nieuwbouw plegen op het eigen bedrijf, wat tenminste de huisvesting betreft. Een structuur met twee of meer volwaardige locaties biedt voor de langere termijn kansen als opvolgers zelfstandig met een locatie verder gaan. Verder kan het bijdragen aan een stuk risicospreiding ten opzichte van één grote locatie. Hoe korter de afstand tussen de bedrijven, hoe meer synergievoordelen zijn te halen. Bijvoorbeeld met machines voor landwerk en voeren.
Nadelen en beperkingen zijn er ook. Afstand kost altijd tijd, waarbij het wel verschil maakt of de ondernemer zelf de dagelijkse verzorging doet, of dat het gebeurt door zelfstandig werkend personeel. De arbeidspuzzel van vraag en aanbod is niet altijd gemakkelijk te maken met verlies aan efficiëntie als risico. Werken met meer locaties vraagt meer van het ondernemerschap en meer aansturing. Het succes van de locaties is op grote bedrijven sterk afhankelijk van de kwaliteit van het personeel en de bedrijfsleiding.
Een niet te onderschatten risico is dat, net als bij te harde groei, een veehouder zich verslikt in het erbij nemen van een tweede locatie. Het aansturen van 100 koeien vraagt andere vaardigheden dan 200 of meer. Het beoogde technische resultaat wordt dan niet behaald, de mentale en praktische druk is hoog of de aandacht verslapt. Dat is altijd een risico maar bij een tweede locatie is de afstand nog een extra handicap. Aankoop van een tweede locatie moet dus passen binnen de ambities van de veehouder en zijn ondernemerssituatie. Er dient een langetermijnvisie onder te liggen waarbij nagedacht moet worden over veranderende omstandigheden in de toekomst, zoals bedrijfsovername of het wegvallen van ouders.
Verlagen bewerkingskosten
Tweede locaties in de melkveehouderij hebben in veel gevallen landbouwgrond. Ook dat is een kwestie van puzzelen wat praktisch, nodig en betaalbaar is. De percelen bij elkaar voegen, helemaal apart houden of deels verkopen. Een eigen mini-ruilverkaveling kan goed uitpakken. Bij een nieuwe locatie vlakbij de thuislocatie is op het gebied van grond voordeel te boeken met efficiënt inzetten van machines en (zodoende) verlagen van bewerkingskosten. Er zijn voorbeelden waar het mogelijk werd beweiding toe te passen wat bijdraagt aan een hogere melkprijs. Eventuele extra inkomsten door natuurbeheer kunnen positief uitpakken.
Protocollen bij twee locaties
Protocollen zijn gestandaardiseerde werkmethoden. Hoe groter en complexer een bedrijf, hoe groter de waarde. Ze bevatten een serie instructies die samen een regelmatig terugkerende activiteit beschrijven. Zo kan staan omschreven hoe te handelen rondom het afkalven van koeien of het voeren van jongvee. Daarnaast zijn bij het werken met protocollen alle afspraken vastgelegd die rondom arbeid zijn gemaakt. Denk aan dag- en weekplanning met vaste tijden voor vaste werkzaamheden, het overlegmoment met de medewerkers en de meetpunten hoe de kwaliteit van het werk kan worden beoordeeld. Een goed arbeidsprotocol is op maat gemaakt. Belangrijk is dat de ondernemer zelf actief het initiatief neemt en medewerkers betrekt.
Dit artikel is in aangepaste vorm overgenomen van Melkvee 100Plus